1 |
 |
“...U, Professor Kleintjes, hooggeachte Promotor, dank ik voor de
hulp, die ik van U bij de samenstelling van dit proefschrift heb
mogen ontvangen,
U, edelachtbare De Gaay Fortman, voor de bijzondere welwih
lendheid, waarmede U mij verschillende geschriften ter beschikking
hebt gesteld.
U, hooggeleerde W estra, voor de warme belangstelling, die U voor
dit proefschrift hebt getoond....”
|
|