1 |
|
“...voor het verkrijgen van
grondstoffen, als afzetgebied, als steunpunten voor de handels-
en oorlogsschepen, gelegenheid tot kapitaalbelegging enz.....
Eigen bestuur, mits de oppermacht bij het moederland bleef,
werd gezien als een middel om de kolonin tot bloei te bren-
gen. Eigen wetgeving en decentralisatie werden middelen om
de krachten van de kolonie tot zelfwerkzaamheid te brengen:
Een zekere mate van zelfbestuur werd noodzakelijk om kapi-
taalsbelegging en ontginning van eigen bodem mogelijk tema-
ken, omdat geen plaatselijke economische ontwikkeling moge-
lijk is zonder plaatselijke wetgeving. De economie en de wel-
stand van het moederland en die van zijn kolonin begonnen
elkaar te beinvloeden, met gevolg dat het belang van de kolo-
nin werd beschermd en beschermd moest worden door de or-
ganen van het heerschende moederland.
Het positief belang werd door de steeds groter wordende
belangrijkheid der kolonin eerder een negatief belang: dat
de verbreking van den band met de kolonin on...”
|
|
2 |
|
“...i
vergroot heeft, in tegenstelling met de belangstelling en ken-
nis der ouderen in vroegere dagen. Hoevelen, die hier een be-
staan hebben gevonden, hoevelen, dia belangrijke posten in
Curagao bekleeden, zijn in staat de, naar Uw meening mis-
schien eenvoudige, vraag te beantwoorden: Wat is Curagao?
Ik zal trachten, deze vraag voor U te beantwoorden, in po-
litieken zin.
Het grondgebied.
In 1845 werden de zeg eilanden, waaruit het grondgebied
van Curagao thans bestaat, voor het eerst samengevoegd tot
n kolonie (Koninklijke Besluiten van 9 April 1845 No. 8 en
15 Juni 1845 No. 48).
Prof. van Vollenhoven zegt t.a.p. blz. 19: Voor de west is
na het gezagsherstel in 1816 en 1817 de vraag der staatsrech-
terlijke groepeering van het Nederlandsch gebied dertig jaar
lang aan de orde. Men beproeft het achtereenvolgens op drie
manieren: eerst met drie kolonin (1816-1828), dan met vier
kolonin onder n kap, n overhuiving (1828-1845), ten laat-
ste tot heden met twee zelfstandige gebieden, de rechts-...”
|
|
3 |
|
“...meent hij dat vermeerdering der koloniale uitgaven daarmee
niet gepaard behoeft te gaan.
Ik weet niet, in hoever deze voorspelling geheel zal opgaan,
maar ook al zou de koloniale begrooting er eenigszins door
worden bezwaard, dan ng zouden daartegenover indirecte
voordeelen staan van zoo groote waarde, ook stoffelijk, dat een
wetgever, dia geen koopman is, daarvoor de oogen niet mag
sluiten. Bovendien zou ik alleen dan van een zuivere proef
willen spreken, wanneer dergelijke gemeenten niet al hun
middelen putten uit de koloniale kas, doch ook een eigen, aan-
vankelijk "bescheiden, belastingrecht kregen. Naarmate decen-
tralisatie locale kracht oproept tot regeling en bestuur, moet
deze ook hulpbronnen kunnen vinden en ontsluiten ter voor-
ziening in locale behoeften. Niets wekt zoozeer de belangstel-
ling ter plaatse als plaatselijke begrooting van uitgaven en
middelen.
Indien U nog .meer wenscht, kunt U het rapport van de
Commissie Staal van 29 Maart 1923 opslaan, daar vindt U zelfs
een...”
|
|
4 |
|
“...West-Indische Eilanden blz. 10 Een
Holla ndsch bericht van het jaar 1636 vermeldt echter, dat Jai>
Snouck en Letir, in 1635 vergunning hebbende verkregen van
de Kamer van Zeeland om op St. Cruys of eenig ander on'
bezet West-Indisch eiland een kolonie te vestigen, eenige ko'
loniers uitzonden, die van het onbewoonde St. Eustatius bezit
namen; en het fort Oranje, op een berch 150 trappen hooch
bouwden en het eiland herdoopten in Nieuw-Zeeland.
Het waren dus particulieren en niet de Compagnie zelf'
dia bezit namen van het eiland. Daarom stond St. EustatiuS
dan ook in een geheel andere verhouding tot de Compagnie
dan de eilanden Curagao, Bonaire en Aruba. Deze laatste wa'
ren feitelijk bezittingen der Compagnie; St. Eustatius, en la'
ter ook St. Martin en Saba, waren met machtiging der Corn'
pagnie door particulieren gestichte kolonies. De Compagnie
kreeg daarover eerst gezag, na hen van de zoogenaamde ,,p3'
troons te hebben gekocht, en hieraan moet het worden toe'
geschreven, dat zoo zelden in...”
|
|
5 |
|
“...waren concessies van individueele landbouwers
eep COncessies, privilegin of octrooien, liepen in omvang uit-
Van cd tot kern hadden alle de nauw verwante begrippen
2ij _0ntgmning of roding, van bewoning en bebouwing (colere).
k6 ^.aren kosteloos, het waren concessies om niet, bij geschen-
bW1J glfte.' doch er tegenover stonden plichten, welke, zooals
staatc cudmineerden m den cultuurplicht den concessionarissen
^tsriechtelijk opgelegd.
tiiscLCOnCeSSie der ComPagnie zelve, had de geheele West-In-
di§de C,0n(lueste tot voorwerp. In die conqueste vertegenwoor-
eP bin XIX de Staten-Generaal, waren practisch gesproken
c de West-Indische Souverein, hadden er als t ware de
95...”
|
|
6 |
|
“...! n aer^0ren eischte hare natuurlijke rechten op. De theorie gaf
T- if11 ^eze rec^ten eene overspanning in het absolute, het is
1 aar, rnaar de werkelijkheid was beter: zij zocht naar eene
6rzoening tusschen de waarde van het historisch gewordene
Je- vriJe wilsbepaling van het heden. Die verzoening vond
are uitdrukking in de moderne constitutie. Gezocht heeft
te tn6r,
di '
naar een constitutievorm, waarin het historisch gewor-
eS'
.n
50'
eHe niet langer onaantastbaar zoude zijn, niet ook zoude moe-
e0 wijken voor iedere opwellende drang
^aa
r alleen zoude moeten plaats maken
naar verandering,
. - ^ voor datgene, wat
^aarborgen konde bieden voor duurzame waardeering. Die
.. aarborgen heeft men gezocht in bijzondere volksconventies,
poepen over de constitutie het beslissend woord te spreken;
:n. versterkte meerderheden in de vertegenwoordigende licha-
e,R in herhaalde stemmingen in opvolgende wetgevende
b erioden of na ontbinding en nieuwe keuze door de bevolking,
Volksreferendum, enz.
^les...”
|
|
7 |
|
“...nschap, of bewezen, dat een rechtsge-
meenschap op een bepaald territoir kan worden gevestigd,
zonder een bepaald gezag, dat rechten en plichten vaststelt,
en handhaaft, m.a.w., dat de begrippen staat en rechtsgemeen-
schap afscheidbaar zijn. Verder hoef ik op het oogenblik niet
te gaan, met name kan de indentiteit van staats- en rechtsbe-
grip buiten bespreking blijven.
Nemen wij nu aan, dat Curasao zijn staatsvorm, dit is: zijn
gebied, zijn bestuursinrichting, een hoogste gezag, geldende op
dia eilanden, heeft gekregen, en van onheugelijke tijden als
rechtspersoon, als subject van rechten en plichten optreedt,
dan doet zich de merkwaardigheid voor, dat het ordeningssub-
ject op duizende mijlen afstand zich alleen belast met voor te
schrijven, hoe die staat ingericht moet worden, en alleen des-
verkiezend optreedt, terwijl alle lasten voor de instandhouding
var. de, door hem gecreerde gemeenschap, op haar valt, het
recht van die gemeenschap, voor zoover aan haar bevoegd-
heid is verleend...”
|
|
8 |
|
“...anders kan,
dat alle zoogenaamde koloniale artikelen uit de Nederlandsche
grondwet moeten verdwijnen.
De schepping van een Koninkrijk waarin Nederland, Indo-
nesi, Suriname en Curacao volledige zelfbeschikking en vrij-
heid bezitten wat betreft hun binnenlandsche aangelegenhe-
den, maar bereid zijn tot wederzijdsche bijstand kan zijn be-
slag niet krijgen in de staatsregeling van n der deelen.
De Regeeringsverklaring bevat een zevental punten die in
het Aneta bericht, gepubliceerd in de Amigoe di Curagao van
den le Februari 1946, als volgt luidde:
A. Een Gemenebest zal worden gevormd met Indonesi als
deelgenoot binnen het Koninkrijk, samengesteld uit gebieden,
die verschillende graden van zelfbestuur bezitten.
B. Een Indonesisch burgerschap zal worden ingesteld voor
alle in Indonesi geboren burgers. Nederlandse en Indonesische
burgers zullen gelijke burgerrechten bezitten in alle delen
van het Koninkrijk.
106...”
|
|
9 |
|
“...moet worden genomen, daar immers over de structuur van dit
nieuwe Koninkrijk zal moeten worden geconfereerd door ver-
tegenwoordigers van de toekomstige zelfstandige deelen. In
mijn beschouwing zal ik een structuur bepleiten voor Curasao
die naar mijn meening het beste aan onze behoeften past,
aangezien de verklaring der regeering teveel verband houdt
met de toestanden in Nederlandsch-Indi. Ik wil echter eerst
Uw aandacht vestigen op het misverstand dat het eerste punt
verwekt heeft. In de Amigoe di Curagao van 11 Februari
1946 zegt de redactie in haar nogal vlug geschreven hoofdarti-
kel; Het regeeringsvoorstel gaat inderdaad heel ver. Het be-
107...”
|
|
10 |
|
“...lid van het besturend college
afzonderlijk voor zijn bestuurszaak verantwoordelijk zal zijn.
c. Samenstelling van het collegiaal bestuur.
Hoe groot het college van algemeen bestuur zal moeten zijn,
hangt af van de belangen, die aan hem zullen worden toever-
trouwd. Voor de hand ligt het echter, dat detail-behandeling
var. vraagstukken overgelaten wordt aan de zelfstandige be-
sturen der afzonderlijke eilanden, zoodat de centrale taak van
het college in. hoofdzaak zal bestaan in het aan geven der di-
rectieven. waardoor de taak van de afzonderlijke bestuurders
in algemeene termen zal kunnen worden omschreven. Een
college van vijf Dersonen. belast met de Financin, Economie,
Sociale aangelegenheden. Verkeer en Justitie, wil mij alleszins
voldoende lijken.
d. Bevoegdheden ven hei collegiaal bestuur.
De bevoegdheden van dit college hangen af van de noodza-
kelijkheid. van gemeenschanneliik verzorging van beoaalde
belangen. Enkele voorbeelden, mogen dienen: een algemeene
burgerschaosregeling. een...”
|
|
11 |
|
“...gewone zitting, voor den aanvang van het tijdperk, waai#"
de begrootingen moeten dienen. Dat tijdperk mag niet la#
zijn. dan twee jaar. f
2. Geen hoofdstuk der begrooting van uitgaven kan #!,
dan die voor n departement van algemeen bestuur behelp
. Ieder hoofdstuk wordt in n of meer ontwerpen ^
wet vervat.
4. Door zoodanige wet kan overschrijding worden t#
staan.
Artikel 70.
Si
&
\
Se
ve
be
of
of
De verantwoording van de gemeenschappelijke uitgav#
ontvangsten van de Nederlandsche Antillen over eiken di#,, Va
wordt onder overlegging van de door de Algemeene Refce'V
mer goedgekeurde rekening, aan de Algemeene Volks#/,
genwoordiging gedaan naar voorschriften bij de wet te stel1"
150...”
|
|
12 |
|
“...di of Suriname gewezen, en bevelen door hem uitgevaardigd
mitsgaders grossen van authentieke akten aldaar verleden k^P
nen in de Nederlandsche Antillen worden ten uitvoer gele$ g
indien de vonnissen van den rechter van den rechter van
indier de vonnissen van den rechter van de Nederlandse"*'
Antillen daar ten uitvoer gelegd kunnen worden.
ZEVENDE HOOFDSTUK.
Van den Godsdienst.
Artikel 87.
Ieder belijdt zijne godsdienstige meeningen met volkoU1^
vrijheid, behoudens de bescherming der maatschappij en v
hare leden tegen de overtreding der strafwet.
Artikel 88.
In de Nederlandsche Antillen wordt gelijke bescherming ver
leend aan alle erkende kerkgenootschappen.
Artikel 89.
Het Hoofd van het Algemeen Bestuur waakt, dat alle k^
genootschappen zich houden binnen de palen van gehoorza3
heid aan de wetten.
Artikel 90.
De belijders! der onderscheidene godsdienstige n
genieten allen dezelfde burgerlijke en burgerrechten - ^
ben gelijke aanspraak op het bekleeden van waardigheu
ambten en bedieningen...”
|
|
13 |
|
“...Nederlandsche Antillen en zijn inwoners.
Curagaosche Staatsregeling.
Van Curasao en zijne inwoners.
Artikel 1.
Het grondgebied van de Nederlandsche Antillen omvat
d
eilanden Aruba, Bonaire, Curasao, Saba, St. Eustatius en
Maakten (voorzooveel het Nederiandsch gedeelte betreft).
Het grondgebied van Curagao omvat de eilanden Aruba, ^
naire, Curagao, Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten (voorz0
veel het Nederiandsch-gedeelte betreft) en de daarbij beh
rende gebiedsdeelen.
Artikel 2.
A
V;
Vervalt.
di
Allen, die zich in Curagao bevinden, zijn eerbied en geho0^
zaamheid verschuldigd aan den Gouverneur en onderworp
aan de wettelijke regelingen.
Artikel 3.
Vervalt.
De wettelijke regelingen, in Curagao geldig, zijn:
1. de verdragen en andere overeenkomsten met vree#)
Mogendheden, voor zoover zij in Curagao van toepassing ^
' ie
1) Daar het door het formaat de paginas onmogelijk lS
twee texten naast elkaar af te drukken, geve wij U aft jje
gewijze, eerst door der proeve constitutie, gevolgd door...”
|
|
14 |
|
“...hem uit kracht van
rtikei genomen, onverwijld kennis aan den Koning.
Artikel 32.
Vervalt.
^.Onverminderd het geval, voorzien bij artikel 31, is de
^Ura erneur bevoegd in dringende omstandigheden voor geheel
\lei~ao voor bepaalde gedeelten daarvan, achtereenvolgens
h nadere bekrachtiging bij wet, algemeenen maatregel
^.Destuur Oj! landsverordening, regelingen te treffen om-
% nderwerpen, waarvan de regeling bij de wet, algemee-
% laatregel van bestuur of landsverordening moet geschie-
VettenuanS di regeiin niet heeft plaats gehad, zoomede
^ la behalve deze wet, algemeene maatregelen van bestuur
6 st hdsverordeningen geheel of gedeeltelijk buiten werking
hen of te wijzigen.
175...”
|
|
15 |
|
“...onroerende goederen van ten minste zoodanige waarde
toits niet minder dan driehonderd gulden voor Saba en
h/jt Eustatius en vijfhonderd gulden voor Sint Maarten, bij
i1 kiesreglement wordt bepaald.
^ Het kiesreglement regelt alles, wat verder het kiesrecht
be wijze van verkiezing betreft.
Artikel 70.
Vervalt.
ar> de uitoefening van het kiesrecht zijn uitgesloten:
Z^ w^en het kiesrecht ontzegd is bij onherroepelijke
'n ter lijke uitspraak;
c' zij, die rechtens van hunne vrijheid zijn beroofd;
\ zij, dia krachtens onherroepelijke rechterlijke uitspraak
J6lls krankzinnigheid of zwakheid van vermogens de be-
kking of het beheer over hunne goederen hebben verloren,
hjab de ouderlijke macht of de voogdij over n of meer
(jtler kinderen ontzet zijn;
tot' zij, die krachtens onherroepelijke rechterlijke uitspraak
gevangenisstra£ van nieer dan een jaar zijn veroor-
^ b, gedurende drie jaren, nadat hunne straf is volbracht,
is 6Venslang, wanneer voor de tweede maal zulk eene straf
gelegd;
zij> die bij o...”
|
|