| 1 |
 |
“...lands voor den vijand open, terwijl de hoofdmacht van
het leger achter de waterlinie door een onmiddellijken aan-
val in den rug werd bedreigd. Onder deze omstandigheden
was de Opperbevelhebber, mede om volkom.en vernieling
van het land te voorkomen, van oordeel dat verdere tegen-
stand nutteloos was geworden en daarom, moest worden
gestaakt.
Overeenkomstig een besluit genomen door de Neder-
landsche regeering blijft de oorlogstoestand tusschen Ne-
derland en Duitschland bestaan.
Tot zoover het radiogram.
In de provincie Zeeland wordt de strijd dus voortge-
zet, terwijl indien de vijand Oost- of West-Indi m.ocht
aanvallen, hij ook daar zal ontbranden.
Bij een aanval op ons gebiedsdeel zullen wij ons tot
het uiterste verdedigen; zullen wij strijden voor Koningin
en Vaderland, voor het voortbestaan onzer onafhankelijk-
heid.
Moge de goede God ons helpen.
Leve de Koningin!
Leve het Vaderland!
Zoowel op de rede van den voorzitter als op de toe-
spraak van den gemachtigde van het Bestuur weerklonk...”
|
|
