1 |
|
“...gedaantewisselin,^sa, de geologische verwe
ringen en de psychische schemertoestanden. Maar wij moeten hier
dadelijk aan toevoegen: de Curacaose schilder gaat maar half-
weg of zelfs maar een kvi/artweg naar de "non-objective art".
Dit komt niet doordat onze schilders terugdeinzen, de meesten
van hen zijn moedig genoeg. Maar zij worden vveerhouden of
teruggeroepen door de anecdotische charmes, waarmede wij om-
ringd worden; bevallige architectuur van de kleurige stadjes
en dorfaen; zon en schaduw, "sombra y sol", van de heuvelruggen;
het water van hun baaien, waar vloedlijn en landgrens hun
liefdesspel van aantrekking en alweer bedrijven, kortom de
Curacaose schilder kent de universele vormdrift, maar hij vindt
zijn inspiratiebron zelden buiten de charmes van zijn eigen
land. Hij is regionaal en universeel, met een accent op het
eerste. Ik geloof dat w;ij nu weinig moeite zullen hebben om
een kort overzicht van de tentoonstelling te geven, die U
dadelijk zult bezichtigen. De deelnemers bestaan...”
|
|