1 |
|
“...heeft gedaan van ieder realisme en zich uitsluitend
bepaalt tot aesthetische elementen van vlakverdeling, lijnen-
rythme, kleuren, end. Deze voorstelling van zaken is een
simplicisme of tenminste een elliptische uitdrukkingsvorm,
ken zuiver figuratieve kunst heeft nooit of te nimmer bestaan.
Het is nu eenmaal ondenkbaar zich een kunstwerk voor te stel-
len, dat ontdaan zou zijn van aesthetische elementen, ken
zuivere non-figuratieve kunst kan men zich mogelijk indenken
in de arabeskenkunst van de Islam, maar met in de westerse;
het zjou zijn een soort van decoratieve lunst, die alleen tot
doel heeft, een bepaalde feestelijke atmosfeer te accentuer-en,
De hedendaagse westerse kunst kan men m.i. nog het best
karakteriseren als een muast, die de gehele scala doorloopt
van figuratieve tot non-iiguratieve kunst. Men hoeft zich
maar de werken te binnen te roepen van de bekende vertegen-
woordigers van de non-figuratieve, non-objectieve of experi-
ment clo. kunst, om er zich een denkbeeld van te vormen...”
|
|