1 |
|
“...kan de ontwikkeling in 1952 zeker niet onbevredigend wor-
den. genoemd. Dit was in hoofdzaak te danken aan het hoge peil
van de bauxietuitvoer, welke voor dit land van vitale beteke-
nis is. De gunstige invloed hiervan manifesteerde zich in de
staatsfinancin en in de deviezenpositie. In andere sectoren
van het economisch leven waren de resultaten niet steeds even
gunstig (zo viel met name de rijstoogst tegen, terwijl de
handel de invloed ondervond van de afneming dor door de gebeur-
tenissen in Korea sterk gestimuleerde kooplust), doch dit heeft
weinig aan het algemene beeld afgedaan.
De stijging van het credietvolume in de aanvang van het
jaar werd, dank zij de met het oog op de ontwikkeling van de
betalingsbalans door de regering nodig geachte credietbeper-
ongedaan gemaakt, zodat ondanks de liberalisatie van de
invoer, na aanvankelijke verscherping van de restricties, geen
verstoring van de monetaire stabiliteit optrad. Het is intussen
te betreuren, dat de toeneming van de uitvoer door...”
|
|