1 |
|
“... eene vergoeding voor
huishuur toegekend vun f 180, s jaars.
Artikel 21.
.
Bezoldigingen van 3 agenten van politie 2e. klasse meer. Het
aantal agenten 2de klasse is voor 1920 met drie verhoogd,
omdat de gezaghebbers van Aruba, Bonaire en Saba ieder uit-
breiding van het op hun eiland dienende politiepersoneel met
nog een agent noodzakelijk achten. Die van Aruba om een
betere verdeeling van den dag en nachtdienst te kunnen tref-
fen, met voldoende reserve voor het geval er voor korten tijd
een man mocht komen te ontbreken, die van Bonaire om een
politiepost in het 2de district te kunnen in het leven roepen,
in welk district er thans geon enkele agent geplaatst is, en di
van Saba, om een agent in het dorp St. Johns te kunnen
plaatsen, in welk dorp eene nieuwe school gebouwd zal wor-
den.
.
Persoonlijke* toelagen van 5 agenten van politie. Aan deze agen-
ten moest, bij hun overgang uit den militairen dienst naar de
burgerlijke politie, boven de maximumbezoldiging aan hun
rang verbonden, eene...”
|
|
2 |
|
“...herstellen van het houtwerk van de kazerne in
het Waterfort, zoomede het ovefverven van en het doen van kleine
herstellingen aan het gymnastieklokaal en de eetzaal 'voor de man-
schappen............................................ f 12 800,
Het ophoogen van en het maken van eene afwatering
voor de veekoralen bij de slachtplaats.. ........... 225,________
Vernieuwing van het gedeelte van den Roodeweg
van af het erf ,,Wacao tot en met de labado bij
Mundo Nobo, zoomede het verbeteren van de afwate-
ring van dezen weg.................................. iq 000,_____
f 23 025,
(400) Zie noot 399. Ongebruikt bleef f 342,. Uitgegeven werd voor:
Vernieuwing en herstelling van het houtwerk van de kazerne in
het Waterfort, zoomede het oververven van en het doen van kleine
herstellingen aan het gymnastieklokaal en de eetzaal voor de man-
schappen (a)........................................ f 12 271,
Het ophoogen van en het maken van eene afwatering
voor de veekoralen bij de slachtplaats (b)... ...... ...”
|
|
3 |
|
“...een stadsapotheek, in stede van tot bezuiniging
te leiden, verzwaring der uitgaven ten gevolge zal hebben.
Deze meening is gegrond op het volgende.
Men betwijfelde of voor het uitgetrokken bedrag van
f 2 500, voor bezoldiging van den apotheker een liefhebber
te vinden zal zijn, als men in aanmerking neemt de bezoldi-
ging van den militairen apotheker, die slechts voor de berei-
ding van geneesmiddelen voor het personeel van de landmacht
(volgens het koloniaal verslag van 1917 ten getale van 194
man) en de gezinnen der militairen f 3 600, s jaars geniet
en daarbij nog voor het verrichten van burgerlijken dienst
f 480, s jaars uit s lands kas trekt.
De arbeid van den apotheker in de stadsapotheek zal be-
duidend meer zijn dan die van zijn militairen collega: meer
dan de helft van de bewoners van het stadsdistrict behoort
tot de onvermogende klasse, die gratis van geneesmiddelen-
wordt voorzien.
Men vreesde dan ook, dat naast den apotheker een hulp-
apotheker werkzaam zal moeten worden gesteld...”
|
|
4 |
|
“...zeker toch ruimer in zijn functionarissen moeten zit-
ten, daar telkenmale door verlof, ziekten enz. mutaties plaats
vinden onder deze ambtenaren, die uit den aard van hun be-
roep niet, zooals bijv. administratieve personen, tijdelijk kun-
nen worden vervangen.
Art. 112. De arbeidsloonen voor het reinigen der straten
zijn verhoogd, omdat, daar onder den dienst thans ook ont-
smetten van huizen, nitrooken van schepen, besproeiing van
plassen enz. zijn gebracht, het personeel ter sterkte van 30
man moest worden gebracht, en omdat de loonstandaard in
de laatste drie jaren, evenals elders, ook hier is gestegen.
Hierbij moet worden bedacht, dat de bevolking laag neerziet
op hen, die de straat vegen, aan welk vooroordeel door het
toekennen van voldoend loon moet worden tegemoet geko-
men.
Artt. 117 en 118. Het kan niet worden toegegeven, dat de
oprichting van een stadsapotheek in plaats van tot bezuini-
ging, tot verzwaring der uitgaven zal leiden. Thans reeds,
waarschijnlijk onder invloed der...”
|
|
5 |
|
“...bepalingen opgegeven.
4. Heeft de koopman den leeftijd van 2jaren niet bereikt,
dan worden opgegeven de tijd en de wijze, waarop hij be-
voegd is geworden verbintenissen aan te gaan, en de bepalin-
gen, die bij het verleenen van die bevoegdheid mochten zijn
gemaakt.
5. Behoort de zaak aan eene openbare koopvrouw in den
zin van artikel 162 van het Burgerlijk Wetboek, dan worden
opgegeven de tijd en de wijze, waarop de man zijne toestem-
ming heeft verleend dat zij als openbare koopvrouw optreedt,
en de bepalingen, die hij daarbij mocht hebben gemaakt. Zoo-
lang niet de man de intrekking van zijne toestemming voor
inschrijving in het handelsregister heeft opgegeven, kan hij
zich niet daarop beroepen tegenover derden, die te goeder
trouw verklaren dat die intrekking hun onbekend was.
Artikel 6.
1. Is eene vennootschap onder eene firma aangegaan, dan
wordt opgegeven:
19 het tijdstip van aanvang en dat van het einde der ven-
nootschap;
29 de handelsnaam, waaronder de vennootschap optreedt;
39...”
|
|
6 |
|
“...g aan te nemen.
Alsnu houdt de Voorzitter de volgende rede, die staande
door de vergadering wordt aangehoord:
Mijne Heeren 1
Ofschoon bet bij ous geen gebruik is, dat de Voorzitter af-
gestorvenen herdenkt, die niet nog op het oogenblik van hun
overlijden deel uitmaakten van onzen Raad, gevoel ik mij
toch gedrongen ditmaal, bij wijze van uitzondering, af te
wijken van dien negatieven regel en een kort woord te wijden
aan de nagedachtenis van onzen Oud-Voorzitter.
Met Mordy S. L. Maduro is een man ten grave gedaald,
aan wien onze Kolonie veel verplichtingen had.
Wat hij buiten den Raad in de verschillende vereenigingen
en Commissies, waarvan hij, in de meeste gevallen als Voor-
zitter, deel uitmaakte, voor het algemeen welzijn gedaan
heeft, behoef ik hier zeker niet te releveeren. Het Be-
stuur en zijn medeburgers weten het en zij weten ook,
dat welke taak de heer Maduro ook op zich nam hij
zich daaraan ook steeds ten volle gaf.
Wat ik in het bijzonder meen te moeten releveeren, zijn
zijne...”
|
|
7 |
|
“...neemt de waarnemende Gouverneur het woord en
spreekt de volgende rede uit:
Mijnheer de Voorzitter,
Wil mijn besten dank aanvaarden voor Uwe welwillende
woorden, zooeven tot mij mede namens den Raad gericht.
Mijne Heeren Aanleiding tot mijn tegenwoordigheid in
Uw midden om den eed als waarnemend Gouverneur af te
leggen, is het ontslag van Mr. Nuyens, die 30 jaren lang, de
laatste als Gouverneur, in ons midden heeft geleefd en
zich heeft doen kennen als een eerlijk, onpartijdig en recht-
vaardig man. Wetende, dat er een tijd komt, waarin het
verlangen naar het vaderland zich doet gelden niet in de laat-
ste plaats om na lange jaren van tropischen arbeid rust te
nemen in een verkwikkender klimaat, eerbiedigen we dit be-
sluit.
Gouverneur Nuyens kan met voldoening terugzien op het
nu afgesloten tijdperk van zijn leven. Zijn arbeid in vorige
betrekkingen hier onbesproken latende, wil ik even eenige
punten aanroeren, waarin vooruitgang is bereikt in de jaren,
dat Gouverneur Nuyens aan het hoofd...”
|
|
8 |
|
“...aan de Kroon
te adviseeren, zonder zelfs te weten of de Hooge Regeering
zich met dat gevoelen zal vereenigen. Want men vergete
niet, dat niet de Gouverneur, doch de Kroon de benoeming
doet, en dat de Gouverneur niet aan de aanbeveling van
den Raad, doch de Kroon ook niet aan de voordracht van den
Gouverneur gehouden is.
Het wil mij voorkomen, dat een Gouverneur zich door een
dergelijke ontijdige bekendmaking zou blootstellen en dat
men door zoo iets te eischen het onmogelijke van een bewinds-
man zou vergen.
En is dit zoo, dan bestaat er m. i. ofschoon het gebeurde
den Raad niet aangenaam is noch voor den Raad, noch
voor eenig lid wien dan ook, aanleiding om zich gekrenkt te
gevoelen of zich over de handelwijze van den Gouverneur te
beklagen.
Ik ben van meening, dat de Gouverneur het Regeeringsre-
glement geerbiedigd en streng constitutioneel en correct ge-
handeld heeft, te meer daar hij, alhoewel van de aanbeve-
lingslijst van den Raad afwijkende, getracht heeft zooveel
mogelijk met de...”
|
|