Your search within this document for 'meter' resulted in two matching pages.
1

“...Secretaris is die Winst-Rekening................................... 390.240,07;f voegen wij daarbij de zooeveuvermelde.......... 221.330,24 dan krijgen wij............................./011.570,31i eene winst van 546 per Cent in den tijd van slechts twee jaren, en......de Maatschappij dringt op verlaging aan. AVij mogen aannemen, dat door de Maatschappij geduren- de die twee jaren 52.740 kubieke meter Phosphaat zijn ver- kocht wij krijgen dit getal doorbet bedrag van /'421.925,12, het betaalde Ooncessieregt op de 87 verkochte ladingen, te doe- len door 8. hetconcessiereglperk.nl. De winst per kubieke meter scheepsvnaat is dan voorde Maatschappij /Tl 00, of ./32,80 per gemeten scheepoton, eti.....de Maatscliap[)ij dringt op verlaging aan. Tegen onsse berekeningen zal men welligt inbrengen, dat dient te worden afgetrokken : lo. TiEif der winsten aan de Aruba Gold Miaimj Compa- ny uit te keeren, 2o. Tien die volgens de Statuten op Reservefonds moe- ten worden gebragt, en 3o. de helft van de AA^inst...”
2

“...voldaan Nog een aantal ladingen, waarvan de opbrengst nog niet bekend is! En toch........de Maatschappij dringt op ver- laging aan Toch schijnt zij niet te willen rusten voor dat zij verlaging verkregen heeft! Verder werd door ons beweerd, dat de Maatschappij over het jaar 1883 reeds een groote 63.000 kubieke meter Phos- phaat gecontracteerd had, hetgeen het Gouvernement een In- komen verzekert van p. m. 300.000. en zoo het verzoek tot verlaging werd toegestaan gelijk het gedaan was, dit over ge- meld jaar alleen, voor de Koloniale Kas een direct verlies zou zijn van p. m. fl 10.000. Volgens het bestaand contract heeft de Maatschappij zich verbonden 8. concessieregt per kubieke meter te betalen. Het verzoek, in Mei 1882 gedaan, wenscbt dat concessieregt verlaagd te zien tot : voor de eerste 12000 k. m. 8.per k. m. voor de tweede 12000 ,, 4. en verder 2,70 ,, ,, Het Verslag levert wederom de proef op de som, dat wij meer dan gelijk hadden in onze berekeningen. Aan Ooncessieregten op...”