1 |
|
“...llepublieken.
Voor onze Ouragaosche lezers zal dit alles geen betoog be-
hoeven, zij weten het zoo goed als wij. Wat den vreemde aan-
gaat, wij hebben een werk van nog al eenigen omvang onder han-
den, dat de juistheid van ons beweren zonneklaar zal aantoonen.
Spoedig hopen wij in staat te zijn dat werk het licht te doen
zden. De onthullingen, die daarin gedaan worden, en overeen-
komstig onze gewoonte, op onwederlegbare bewijzen steunen,
zullen omstandigheden aan het licht brengen, die een ieder zul-
leu doen rritroepen : There is rotten in the State.
Men begrijpe ons wel; het is volstrekt onze bedoeling niet
het vade retro aan alle leden vau onzen Kolonialen liaad toe te
roepen. Verre van dien. In dat ligchaam bevinden zich ook
mannen, die algemeen geerd en geacht worden; mannen, die
om hunne onafhankelijkheid en regtschapeuheid op aller waar-
deering aanspraak kunnen makn ; mannen, die met onzen toe-
stand bekend, het goede en den vooruitgang van Curagao
willen ; mannen, die voorzeker ook bij...”
|
|