Your search within this document for 'karton' resulted in one matching pages.
1

“...Het water graaft in de buitenmantels der vulkanen diepe ravijnen uit, bij de groote bergen soms tot 200 M. diep; fiun aantal neemt benedenwaarts toe. Bij werkende bergen begint die ravijnvorming pas eenige honderden meters onder den top, omdat om den krater heen asch en zand telkens gelijkmatig worden neergelegd. Echter kunnen heftige erupties zelve ravijnen vormen, juist aan den top Kraters van den Merapi op Sumatra. beginnend; bij sommige bergen komen ze voor (vgl. het karton Smeroe in Bos Schoolatlas, kaart 35). Is er geen werking, dan ver- nielt het water langzaam de bergen; vele zijn tot runen geworden, waarin de voormalige kraters niet of nauwelijks herkenbaar zijn. De vulkanen bestaan uit hunne eruptieproducten: de zeer fijne asch; het grovere zand; steenen en lava. Aschregens komen verreweg het meest voor; lavastroomen bouwen een groot deel der vulkanen Nieuwe werkende krater van den Merapi. op, maar zijn thans zeldzamer. Vele bergen geven doorloopend blijk van hunne werkzaamheid...”