Your search within this document for 'nister' resulted in six matching pages.
1

“...28 gepensionneerde militairen van de troepen in Suriname en Curagao en de in Nederland met verlof vertoevende mili- tairen van die troëpen, wier inkomsten komen ten laste van het XlIIe Hoofdstuk der Rijksbegroting, een duurte- toeslag en kindertoelage te verlenen; De Raad van State gehoord (advies vah 9 December 1947, No. 33); Gèzieri het nader rapport vdn Oiizè vocirnoemde Mi- nister, mede namens Onze Minister van Overzeese Ge- biedsdelen, vdn 5 Fèbruari 1948, Commissariaat voor In- dische Zaken, Afdeling C, Militair Përsonele Zaken No. 29; Hebben goedgevonden en verstaan: Artikel 1. Aan de gepensionneerde militairen van de troepen in Suriname en Curagao en de in Nederland met verlof ver- toevende militairen van die troepen, wier inkomsten ko- men ten laste van het Xine Hoofdstuk der Rijksbegroting, zal, gerekend van 1 Januari 1946 een duurtetoeslag en kindertoelage worden verleend op de voet van de „Duur- tetoeslag en kindeftoelageregeling”, bedoeld bij het besluit van de Luiténant-G...”
2

“... in de- ze betrekking te doen of te laten, van niemand hoege- naamd enige beloften of geschenken aannemen zal, mid- dellijk of onmiddellijk. Ik zweer (beloof) trouw aan de Koning; dat ik de Wet op de Staatsinrichting van Curagao steeds zal helpen onderhouden en het welzijn van Curagao naar mijn vermo- gen zal voorstaan. Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!” („Dat verklaar en beloof ik.”) In Nederland vertoevende legt de Vertegenwoordiger de eed (verklaring of belofte) af in handen van de Mi- nister van Overzeese Gebiedsdelen.” § 21. Artikel 68 wordt gelezen als volgt: „Art. 68. 1. De Staten zijn samengesteld uit 21 leden. 2. Deze worden in de bij landsverordening in te stel- len kieskringen door de kiezers rechtstreeks gekozen. 3. Het eiland Curagao vaardigt acht, Aruba acht, Bonaire twee en elk der Bovenwindse Eilanden één lid af. 4. Een afgevaardigde voor een bepaalde kieskring behoeft niet in die kring woonachtig te zijn.” § 22. Artikel 69 wordt gelezen als volgt:...”
3

“...verstaan bij deze: L Er bestaat grond om in overweging te nemen het hierna onder H omschreven voorstel tot verandering in de Grondwet. n. a. Het opschrift van de Zevende Afdeling van het Tweede Hoofdstuk wordt gelezen: Van de Raad van State, de Ministers, de Staatssecre- tarissen en de vaste colleges van advies en bijstand. b. Aan het tweede lid van artikel 79 wordt het vol- gende toegevoegd: Hij kan voor een departement een of meer Staatsse- cretarissen benoemen, die in alle gevallen, waarin de Mi- nister, hoofd van het departement, zulks nodig acht en met inachtneming van diens aanwijzingen in diens plaats als Minister optreden. De Staatssecretaris is uit dien hoof- de verantwoordelijk, onverminderd de verantwoordelijk-...”
4

“...gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevon- den en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: § 1. Het opschrift van de Zevende Afdeling van het Tweede Hoofdstuk van de Grondwet wordt gelezen: Van de Raad van State, de Ministers, de Staatssecrtaris- sen en de vaste colleges van advies en bijstand. § 2. Aan het tweede lid van artikel 79 wordt het vol- gende toegevoegd: Hij kan voor een departement een of meer Staatsse- cretarissen benoemen, die in alle gevallen, waarin de Mi- nister, hoofd van het departement, zulks nodig acht en met inachtneming van diens aanwijzingen in diens plaats als Minister optreden. De Staatssecretaris is uit dien hoof- de verantwoordelijk, onverminderd de verantwoordelijk- heid van de Minister, hoofd van het departement. Op hem is van overeenkomstige toepassing hetgeen omtrent Mi- nisters is bepaald in dit artikel en in de artikelen 55, 97, 99, 100, 113 en 171. Lasten en bevelen, dat deze in het Staatsblad zal wor- Zie voor de behandeling in de...”
5

“...Waterstaat, d.d. 16 Juli 1948, no. 16832, letter Kab. 1013/1013/1, Dir. Gen. van Scheepvaart; van Landbouw, Visserij en Voed- selvoorziening, d.d. 31 Juli 1948, Afdeling Kabinet, Nr. 1025; van Binnenlandse Zaken, d.d. 4 Augustus 1948, Af- deling B.B. Kabinet, Bureau Bestuurszaken, No. 1792; Hebben goedgevonden en verstaan: Artikel 1. Ingesteld wordt het „Mobilisatie-Oorlogskruis”. Artikel 2 De machtiging tot het dragen van het „Mobilisatie- Oorlogskruis” wordt door of namens de betrokken Mi- nister verleend aan: A. Militairen en oud-militairen in dienst van het Koninkrijk der Nederlanden, behorende of behoord heb- bende tot de Koninklijke Marine, de Koninklijke Land- macht, het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger en de Troepen in Suriname en Curagao, die in werkelijke dienst zijn geweest; a. voor wat Nederland betreft:...”
6

“...— 2 — 115 nister van Overzeese Gebiedsdelen nevens deze beschik- king in het Publicatieblad zal worden opgenomen. Willemstad, de 19de October 1948. De Gouverneur voornoemd, bij afwezigheid, F. A. JAS. Uitgegeven de 23ste October 1948. De wnd. Gouvemements-Secretaris, L. KERSTENS....”