Your search within this document for 'den' resulted in two matching pages.
1

“...13 Ter vergelijking diene het volgende staatje van de op de 31e december van de jaren 1934, 1944 en 1949 lopende pensioenen. Gepensi oneer den in vroegere jaren Mannelijke gepensioneerden Vrouwelijke gepensioneerden Weduwen................ Wezen ................. Tezamen ............... 31 december 1934 31 december 1944 31 december 1949 Aantal Pensioen Aantal Pensioen Aantal Pensioen 132 f 235 334 182 f 346 290 262 f 621 554 11 17 899 32 44 457 49 84 659 139 114 571 144 129 982 144 143 333 4 2 574 36 5 976 42 5 631 286 f 390 378 394 f 526 705 497 f 855 177 Op de balansdatum waren er 2 weduwen, wier pensioen op grond van de desbetreffende bepalingen verloren is gegaan. Na huwelijksontbinding herleven haar rechten tot een totaal- bedrag van f 1 467 per jaar. Recht op uitgesteld pensioen volgens art. 8 leden 3 en 4 van de Pensioenverordening 1938 hebben 19 mannen en 12 vrouwen tot een totaalbedrag van resp. f 42 909 en f 21 762 pensioen. Hierop wordt gedurende het voorgeschreven aantal...”
2

“...wijzigingen is*getracht zich zo veel mogelijk op de realiteit te baseren en niet in willekeurige veronderstellingen te vervallen. Een exact beeld, hoe de mutaties onder de ambtenaren en het verloop van hun bezoldigingen en pensioenen zullen worden, is niet te krijgen, daar daarvoor eerst de invloed van de incorporatie op de pensioneringskansen, op de pensioenen enz. waargenomen zou moeten zijn. Die invloed werkt bovendien geleidelijk door. Het is mogelijk, dat de relatieve verlaging der pensioenen op den duur leiden tot een langer in dienst blijven dan nodig is om recht op pensioen te verwerven. Dit brengt andere pensioneringskansen en andere verhoudingen tussen pensioen en grondslag mede dan thans waargenomen wordt. Met dergelijke mogelijkheden is geen rekening gehouden. Bij de bepaling der grootheden is uitsluitend rekening gehouden met de wijzigingen, die op grond van de te treffen regelingen moe- ten optreden. Zo is het duidelijk, dat alle deelgenoten, die bij of na het bereiken van de 50-jarige...”