1 |
 |
“...Tot vergelding van hare weldaden,.
* .heeft dit ondeugend fch'epfd, ;fllvhf§ps harp.
19 tante. te ontloopen,. van die gopdg vrouw nog
verfcheidene dingen van waardij medegenomen. :
De Jufvrouw had goed voort verhajgn* Kapitein
VAN. ..P5R Sta?c gaf naauwpjfe' meer aght op har&
gezegden. Hij had zoo eVen veel.vernomen, dat; hem
alg loodiop, het hart lag jjj, ja, dat hem in eene onaan-
gename itemming bragfc Dij m ,n, ;diep gepeins
daarover, pn.. was :geheel afgetrokken* r-r Geluk-
hig* ;]lii: tilde nipd.gvvaar* Lang over,;epn onder-
te SRasc pok mgns -.zaak niet*
Daarom dacht,,hy,.tjiang ,opk: wereldfche zaken retfo
den.:?iiph,'3sliie,! jfij: ftak eene.verfpha gijp aan;
was ;dg zwarigheid- dan ook fpoedig
by ..hem Verdreven*.
De reis werd intusfchn vermakplijk-, voortge-
Kapitein yaw DEit^STAp^ haaide reeys pegt
zijll ahssfi op* .In den vyogen zaten ..twee vrolijke
SM-efai >viej- grappig. ouderhoiid; lumpey Fojsgenoo-
ten gezellig, den, .rid verkortte* ,Kp;r men er aan
dacht, was Voort huizen...”
|
|