1 |
 |
“...s maken; hij is zoo
zachtaardig als een lam, en heet Roelof Tur-
kenschrik <.. Is het niet om er kronijken van
te dichten ?...
Om nu op Henrictta*s komst terug te komen!
Onze Noordhollandfche vrienden denken niet, dan
over drie weken te vertrekken: want gij moet we-
ten, zij zijn van plan, nog eerst een uitfiapje
naar het Stichtfche te doen Zeist, Soestdijk
en die omftreken te bezoeken; terwijl mijn va-
der en ik dan met hen zullen gaan. Wij raken
hen dus niet kwijt, dan met de helft van Mei.
Hoe gaarne ik nu Jufvrouw Jetje eerder verwach-
ten zou, want ik zou aan haar gczclfchap voor-
zeker meer hebben, dan aan dat van mijne bejaar-
de nichten en Roelof Turkenschrik ; zoo
is het echter niet wel mogelijk haar Ed. voor den
twintigften van Mei hier te ontvangen. Ik heb het
daarom met mijne moeder zoo beraamd, dat wij
Jetje na dien tijd verwachten zullen. Laat het
derhalve tusfehen ons bepaald blijven, dat zij in
de week na den aoften Mei overkomt. Aangenaam
zal het mij zijn, dat zij....”
|
|