1 |
|
“...tot dat ein-
de verleend hadt, is mij alzoo wel te pas gekomen;
ik heb, overeenkomftig uwe begeerte daarin uitge-
drukt gehandeld; en hoop dienvolgens-* dat de
zaak nu weldra tot ons genoegen moge vereffend
zijn. Ik zoude u dit wel uit Noordhoorn gefchre-
Ven hebben; maar, opdat ik u den afloop voor ge-
wis zou kunnen melden, wilde ik eerst den Am-
(lerdamfchen Advocaat, dien ik vooraf over deze
zaak geraadpleegd had, verflag van mijne verrig-
tingen geven, ten einde verzekerd te zijn, dat al-
les naar behooren behandeld was, daar met dien
zekeren Heer T, van wiens ftreken wij onder-
vinding hebben, eenige omzigtigheid dient gebezigd
te worden. Mijn raadsman nu zegt mij, dat thans
alles in orde is, en wij d akte van kvvijtfchelding,
welke men ons zal voorleggen, gerustelijk kunnen
teeltenen. Ik verblijd mij, u over den einde-
lijken afloop dezer ingewikkelde zaak xef kunnen
geluk wenfchen; en ga over, u van mijne reis te
verhalen.
Gij hebt waarfchijnlijk geene zoo zonderlinge
ontmoeting...”
|
|