1 |
|
“...zijne familie ridiculiseert. Het cha
t, grineert iemand, aan zulk eenen mensch gepa-
renieerd te zijn; het is toch al fpoedig: Ehlest
ce Monsieur vtre pre, Mademoiselle
,, Dat is het, wat ook mij dikwijls embarras-
seert. Heet dat zich maintineren / welk eene
,, contenance! Ik heb mij het hart vast gehouden,
zoo bevreesd was ik, dat er een fatfoenlijk be-
kende op inkwame. Oh- ciel!1.... verbeeld us
,, J'Upperfus un uniforme: deze nadert de floep!...
,, ik denk aan Dormeuil !..,. Je fremis, Jen rou-
,, gis!.., Vraiment! je lavouc, papa kent gee-
nen...”
|
|
2 |
|
“...in de
,, hand flopt, hoop ik al nlijn leven bewaard te
blijven: want die is louter kwikj Hebt gij
9i kennis aan dezen brief?
Jufvrouw van Punten fchof met haren floel
een aanmerkelijk eind wegs ter zijde, toen de Ka-
pitein haar den gevondenen brief van zijne nicht
Dalman onder den neus hield. $, Wat ?...
riep zij verwonderd uit: Deze brief? Ach!
die brief, vervolgde zij, zich flraks her-
vattende: ,, behelst niet dan logens, altemaal
,, fehandelijke logens! Ik heb lang naar dien fraai-
,, jen brief gezocht, neef! terwijl gij hier waart;
om u daaruit te kunnen aantoonen, welke fchaam-*
j, telooze voorwendfels die ondeugende meid ver-
dichten kon. Stoor u toch aan dat vuile laster-
fchrift niet!
Sakkerloot! durft gij dit alles voor logens uit-
krijten ? Neen, Barta de brief behelst niets
s, dan blanke waarheid. Nichtje Dalman heeft u
nog gefpaard en het niet half in de echte kleu-
jj, ren befchreven. Gij hebt gruwzaam met haar
5, geleefd. Ver ..*..! ik zat liever bij de Alge^
rijnen...”
|
|