1 |
 |
“...DE NEEF VAN CURACAO.
I.
KARIKATUREN.
Tk kan mij niet begrijpen, baas, hoe.gij dat den
ganfchen dag uithoudt, fprak Jan van der.
Stap een voormalig Hollandsch koopvaardij-kapi*
tein, tot den Heer Rnuppei.busch zijnen kleer-
maker, terwijl deze hem de maat voor een nieuwen
manteljas nam.
Wat bedoelt Ed., als ik mag vragen?
hernam de beleefde man.
Wel! dat heidensch leven daar boven. Wat
beduidt dat getier? Het is of zij den ganfchen
bol dditr kort en klein Haan.
A
o Hel...”
|
|
2 |
 |
“...50 DE NEEF VAN CURASAO.
dc trouw van anderen had zij aanmerkelijke verlie-
zen in haar vermogen geleden, zoo dat zij ten
laattle' eene plaats van huishoudder- had moeten
^oskeni, in welke betrekking zij hier thans ergens
-woonachtig is. Wij hadden - gelijk gij begrijpt
-elkander veel te verhalen; dus wandelde ik een ge-
hel eind Wegs, alprafende, met haar voort. Ik
Tprak haar van u; zij. hoorde met eenige bevreem-
ding, dat gij van Bcrtingen waart vertrokken en
thans te Zevenaar wondet. Dit leidde ons ge-
fprek op .andere oude 'kennisfen, Zij vroeg mij
.naar Hen-rtctta Dalman. Gij herinnert u,
dat als wij uwe tante te Gr authorst gingen bezoe-
-ken, HenriBtta en eene: der dochters van den
Schout ons gewoonlijk vergezelden. Bij deze gele-
.genheid'had Jufvrouw Gronne eenige Bertingiche
meisjes; leeren kennen en onder deze plagt zij in-
zonderheid veel van HenriStta Dalman te hou-
den, die ook gaarne in haar gezelfchap was eg
daarom vaak met ons mede ging, als-wij des na-
middags naar ...”
|
|