1 |
![](https://dcdp.uoc.cw/content/AA/00/00/08/38/00001/NL-0200050000_UBL10_00439_0080thm.jpg) |
“...8 DE NEEF VAN CURASAO.
Wel ja! ik bedoel die hokken daar langs den
wand. Van binnen fchijnen ze met fitspapier be-
n plakt te zijn: doch aan het merk, dat buiten
op de planken is blijven liaan, zie ik duidelijk
* dat er voorheen citroenen, of Curacaofche appelen
in verzonden zijn.
Zal hik gezond zijn! dat zijn de Ihoosjcs hen
* het hamfithejather - de heerlle plaatfen whaar
de Heeren befthierderen mit de fornaahmlle bin-
* thekenarren zitten.
v Als mij die hokken, met eene frisfche wind-
ftreek, maar niet hier in het vooronder komen
fmakken! fprak van der Stap; en vroeg
toen aan zijnen vriend: Ei lieve, Barend!
wat Haat daar- op dat gefchilderde vloerzeil te
lezen?
Vloerzeil?... Waar ?
Ja! of fcherm: hoe heet het ding, dat daar
uitgefpannen hangt?
Mijnheer bedoelt eigenlijk de tooneelgordijn,
Fprak iemand, die het woord opvatte. Er Haat
dit vierregelig versje op:
Deze achtbre tempel zij der kunstmin toegewijd!
Hier huldigt men de deugd; hier (laat de tweedragt buiten...”
|
|
2 |
![](https://dcdp.uoc.cw/content/AA/00/00/08/38/00001/NL-0200050000_UBL10_00439_0112thm.jpg) |
“...CURASAO.
,, vermaak doen. En het is voor uwe gezond-
,, ,, heid zeer voordeelig; de frisfche lucht zal u
goed doen.
,, Ik liet mij door Griet bepraten; ook de dok-
,, ter ried het mij aan; dus nam ik voor,
er maar onverwachts op los te gaan; neef kwam
bij ons toch ook altijd ongevraagd, ongewei-
gerd; derhalve begreep ik, dat ik niet onwel-
,, kom zoude zijn, offchoon ik dus ongenoodigd
,, daar aankwame.
Zoo gezegd zoo gedaan! ik begaf mij dan
,, van hufs en zat weldra bij neef Haalwijk bin-
nengaats. Ik had gedacht, er gul en wel te
,, zullen worden ;ontvangen. Maar, ik had pas
eenen voet ten huize in gezet, toen ik al be-
fpeurde hoe laat het was: neef en nicht trokken
,, gezigten, zoo liefelijk als gefchutpoortcn; het
fpeet hen geweldig heette het dat ik nu
juist kwam, want het was zulk een ongelegen
tijd: men wist niet wat men iemand al zoude
voorzetten; peulvruchten en verfche groenten
waren er thans niet; het was reeds zoo ver in
het najaar; de eetwaren werden fchreeuwend...”
|
|