Your search within this document for 'manumissie' resulted in two matching pages.
1

“...178 zich niet vereenigen, daar hij vreesde „dat dit in tijd en wijlen zoude kunnen wezen van nadeelige gevolgen” en op zijn voor- stel werd daarom door bewindhebberen bepaald, dat voor de manumissie van eiken slaaf onder de 60 en van elke slavin onder de 50 jaar aan de Compagnie Ps. 100.— zou worden betaald 1). Op zijn gezag was van Bosveld blijkbaar zeer gesteld. Reeds dadelijk na zijn aankomst op het eiland beklaagde hy zich er over bij bewindhebberen, dat de kapitein ter zee Jan Hendrik Bol van Ourik van het eiland was vertrokken zonder hem hiervan in persoon bericht te hebben gegeven, en ook de kapitein Babenis de Hartlooper zou hem niet het noodige respect hebben betoond. Met den kerkeraad kreeg van Bosveld geschil over de verantwoording der armenkas en hij kwam er tegen op, dat dit college hem beschouwde als een gewoon lid en niet als „Commissaris Politicq”. Hierin werd hij door bewindhebberen gesteund, doch in de geschillen met de zeeofficieren werd hij in het ongelijk gesteld en...”
2

“...invoer, stonden zij in consumptie ver achter by het bier. G-unstig kan ook de getuigenis van den Curagaonaar omtrent de zedelijkheid zijner voorouders luiden. Ware het anders, men zou — in den tijd, toen gouverneur en raden volgens het oud Hollandsch recht (in zekere gevallen) de bevoegdheid hadden om iemand tot een huwelijk te verplichten — zeker meer voorbeelden ontmoeten van toepassing van dit recht (of van verzoeken daartoe strekkende) dan het geval is, en ook zou men zeker veel veelvuldiger manumissie-brieven voor slaven- kinderen aantreffen. De behandeling der slaven heeft over het geheel ook niet te wenschen overgelaten op het eiland. Curagaosche slaven hadden een slechten naam op de markt, doch juist dit strekt den Curagaonaars tot eer. Die slechte naam toch berustte op de goede behandeling, die de slaven ontvingen, doch waardoor zij in het oog van anderen verwend werden. Al treft ons ook de wreedheid van vele rechterlijke vonnissen tegen slaven, hierbij dient toch in het oog gehouden...”