1 |
 |
“...238
DE WELVAART EN HARE VIJANDEN
kanonnen, 5 achttien- en 5 twaalfponders. Wanneer nu, juichten
onze eilanders, van St. Kruis het hout voor de affuiten zou geko-
men zijn, kon men het geschut plaatsen op het nieuwe fort Hol-
landia. Helaas, met die vreugde was het spoedig gedaan! De wijze
en voorzienige Heeren hadden alle kogels vergeten 1). Verzuimd
Braziel, verzuimd Nieuw-Nederland èn Berbice èn Ceylon èn For-
mosa. Deze bladzijden spreken wel zeer nadrukkelijk ook van ver-
zuimd Eustatius.
§ 19. Wat wij over de langzame correspondentie der Heeren te
berde brachten moeten wij thans nog aanvullen door de vraag te
beantwoorden, hoeveel tijd het nieuws van vaderlandsche gebeur-
tenissen noodig had om onze eilanden te bereiken en hoe men er
daar op reageerde? In Augustus 1747 wist men noch op St. Eusta-
tius noch op St. Maarten iets officieels van de inhuldiging van
Prins Willem IV op den lOden Mei van dat jaar, zoodat Heyliger
vroeg „of hij daaraan ook iets doen moest” 2 *) ? Eind December...”
|
|