Your search within this document for 'Bestuurscollege' resulted in eight matching pages.
1

“...24 j. vergunning: de vergunning tot het onderhouden van een autobusdienst, een ■ huurautodienst dan wel een dienst met motorvrachtrijtuigen-voor-personenvervoer, verleend volgens de regelen in deze eilandsverordening gesteld; k. vergunninghouder: diegene, die krachtens een vergun- ning een autobusdienst, een huurautodienst of een dienst met motorvrachtrijtuigen-voor-personenvervoer onderhoudt; l. commissie: de door het Bestuurscollege te benoemen commissie van advies inzake autobusdiensten, huurau- todiensten en diensten met motorvrachtrijtuigen-voor- personenvervoer, welke commissie kortweg kan wor- den aangeduid met de benaming: „Commissie Open- baar Vervoer”. Artikel 2. 1. Het is verboden een motorrijtuig te gebruiken of te doen gebruiken als autobus, huurauto of als motorvrachtrijtuig- voor-personenvervoer zonder een daartoe strekkende geldige vergunning. 2. Het is verboden een autobusdienst, huurautodienst of een dienst met motorvrachtrijtuigen-voor-personenvervoer te on- derhouden...”
2

“...in plaats van de vergunninghouder als bestuurder van dat motorrijtuig op te treden. Artikel 4. 1. De Commissie heeft tot taak advies uit te brengen aan het Bestuurscollege, overeenkomstig de in deze eilandsverorde- ning vervatte bepalingen. De Commissie bestaat uit tenmin- ste zeven leden, waaronder een voorzitter en een secretaris. Minstens een lid zal moeten worden benoemd door de Aru- baanse Chauffeurs Bond. De overige leden worden door het Bestuurscollege aangewezen. De Commissie heeft als cor- respondentie-adres het kantoor van de Commissaris van Politie. Het Bestuurscollege regelt bij besluit al hetgeen nod'ig is voor de uitoefening der werkzaamheden van de Commissie. 2. Het Bestuurscollege verleent de vergunningen na ingewon- nen advies van de Commissie. Indien de vergunning afwijkt van de aanvraag of indien het Bestuurscollege de aanvraag voor een vergunning afwijst, geschiedt zulks met redenen omkleed, na de aanvrager te hebben gehoord....”
3

“...— 5 — 24 3. De aanvraag voor een vergunning geschiedt schriftelijk bij het Bestuurscollege en bevat tenminste de volgende gege- vens: a. naam, adres, geboortedatum, geboorteplaats en nationa- liteit van de aanvrager; b. ingeval de aanvrager een rechtspersoon is: de juridische vorm, naam en zetel van de rechtspersoon, alsmede de namen, adressen, geboortedata, geboorteplaatsen en na- tionaliteiten van de bestuursleden; c. een mededeling of de aanvrager, dan wel — indien de aanvrager een rechtspersoon is — de bestuursleden, reeds vroeger in het personenvervoerbedrijf zijn werk- zaam geweest; d. een opgave van het materieel, over hetwelk de aanvrager beschikt; e. een opgave van het materieel, over hetwelk hij de be- schikking denkt te krijgen; f. de wegen, waarop hij een dienst — als in de aanvraag bedoeld — wenst te onderhouden; g. de dienstregeling, volgens welke hij de dienst — als in de aanvraag bedoeld — wenst te onderhouden, of, zo dit niet volgens een vaste dienstregeling geschiedt,...”
4

“...of meer advertenties in door het Bestuurscollege daarvoor aan te wijzen plaatselijke bladen. Artikel 6. 1. De Commissie stelt de belanghebbenden in de gelegen- heid uiterlijk zeven dagen na afloop van de termijn van ter-visie-legging, bedoeld in artikel 5, schriftelijk bezwa- ren tegen of opmerkingen over de aanvragen bij haar in te dienen. 2. Indien er bezwaren of opmerkingen zijn ingebracht, be- legt de Commissie een vergadering, waarin zowel de aan- vrager als degene(n), die de bezwaren of opmerkingen heeft (hebben) gemaakt, in de gelegenheid worden ge- steld, hun standpunt uiteen te zetten of door een daar- toe schriftelijk gemachtigde te doen uiteenzetten. 3. De Commissie kan afwijzend adviseren over de aanvraag, o.a. indien naar haar oordeel reeds voldoende is voorzien in het vervoer, waarvoor de dienst is aangevraagd. Artikel 7. De vergunning vervalt van rechtswege: a. bij het overlijden van de vergunninghouder, in welk ge- val het Bestuurscollege de vergunning op een des- betreffend...”
5

“...het eerste lid van dit artikel vindt binnen de termijn van drie maanden, gesteld in artikel 7, sub a, overeenkomstige toepassing ten verzoeke van de erfge- namen. * 3. Bij de overschrijving kunnen door het Bestuurscollege na- dere voorwaarden worden gesteld. Artikel 9. 1. Het Bestuurscollege *kan de vergunning blijvend of tijde- lijk intrekken: a. indien de dienst niet behoorlijk overeenkomstig de be- palingen van deze eilandsverordening of de voorwaar- den, aan de vergunning verbonden, wordt onderhou- den; b. indien drie maanden zijn verlopen na de dag, genoemd in de voorwaarde bedoeld in artikel 15, tweede lid, sub b, zonder dat de dienst is aangevangen; c. indien blijkt dat de vergunning werd verkregen op grond van door de aanvrager onjuist verstrekte gege- vens. 2. Het Bestuurscollege besluit niet tot intrekking ener ver- gunning dan na ingewonnen advies van de Commissie en na de vergunninghouder in de gelegenheid te hebben ge- steld te worden gehoord. 3. Een beslissing tot intrekking...”
6

“...24 — 8 — 2. De beslissing in beroep wordt genomen binnen twee maan- den nadat het beroep is ingesteld en bevat de gronden, waarop zij berust. 3. Indien de Eilandsraad in beroep een vergunning verleent, geldt deze voor een door het Bestuurscollege verleende ver- gunning. Artikel 31, 1. De vergunninghouder kan niet eerder dan zes maanden vóór afloop van de termijn, waarvoor de vergunning is verleend, verlenging daarvan aanvragen. 2. Indien de aanvraag tot verlenging uiterlijk één maand vóór afloop van de vergunning is ingediend, zal het Bestuurs- college, in afwachting zijner beslissing, de vergunning on- gewijzigd verlengen. 3. Het Bestuurscollege beslist op de aanvraag tot verlenging uiterlijk twee maanden na afloop van de termijn, waarvoor de vergunning werd verleend, respectievelijk verlengd, na de Commissie en, indien nodig, andere belanghebbenden te hebben gehoord. Indien bij de verlenging andere of aanvul- lende voorwaarden worden gesteld, geschiedt dit niet, dan na d'e vergunninghouder...”
7

“...de politie af gegeven vergunningskaart (tevens keu- ringskaart), welke door de bestuurder van het motor- rijtuig op eerste vordering van de politie aan deze ter inzage moet worden afgegeven. 2. De keuringen op grond van deze eilandsverordening, door de politie verricht, geschieden kosteloos. Artikel 15. 1. Het Bestuurscollege kan aan de vergunning voorwaarden verbinden betreffende: a. de kleding van de bestuurder en — voor zover aanwe- zig — van het controlerende personeel van de onder- neming ; b. het innemen van bepaalde standplaatsen, het gebruik maken van bepaalde stopplaatsen en het verbod om op bepaalde plaatsen te stoppen of standplaats in te ne- men. 2. Het Bestuurscollege zal in de vergunning voorwaarden op- nemen betreffende: a. de tijdsduur waarvoor de vergunning is verleend;...”
8

“...deze eilandsverordening strafbaar gesteld, zijn belast de in artikel 8 van het Wetboek van Strafvordering voor Curasao genoemde personen. HOOFDSTUK VL Slot- en Overgangsbepalingen. Artikel 34. Deze eilandsverordening kan worden aangehaald onder de naam: ’’Eilandsverordening openbaar personenvervoer met mo- torrijtuigen Aruba”, met bijvoeging van het jaartal van het Afkondigingsblad, waarin zij zal worden afgekondigd. Artikel 35. 1. Deze eilandsverordening treedt in werking op een door het Bestuurscollege te bepalen tijdstip. 2. Bij de inwerkingtreding dezer eilandsverordening verval- len de Landsverordening inzake Autobusdiensten 1946 (P.B. 1946 no. 56), voor wat het eilandgebied Aruba be- treft, en de bepalingen in de Algemene Politieverordening voor Aruba 1952 (Ab. 1952 no. 7) omtrent punten, in wel- ker onderwerp bij of krachtens deze eilandsverordening wordt voorzien, waarbij de begrippen „huurauto”, respec- tievelijk „motorvrachtrijtuig-voor-personenvervoer” uit de- ze eilandsverordening...”