1 |
|
“...vuur aan
te leggen of te hebben.
§ 2. Het gebruik van de openbare weg.
Artikel 15.
1. Het is verboden zonder vergunning van het Plaatselijk
Hoofd van Politie:
a. in, op of over de openbare weg iets hoegenaamd te planten,
te plaatsen, te spannen, te hangen, vast te hechten, uit te
spreiden, uit te slaan, te drogen, te luchten, te slepen of
te hebben;
b. op de openbare weg voorwerpen, stoffen, water of vuilnis te
werpen, uit te storten of te doen afvloeien:
c. goederen, puin, afbraak, kalk, aarde, klei, zand, mest of bouw-
materialen op de openbare weg neder te leggen of te hebben,
behalve wanneer en voor zolang dit voor geregeld voortgezet...”
|
|
2 |
|
“...de openbare weg achterblijft, onmiddellijk
na afloop op te ruimen of te doen opruimen.
3. Hij, wie vergunning is verleend om op de openbare weg
met koopwaren te staan of te zitten, is verplicht te zorgen,
dat vóór het verlaten van zijn plaats de hem toegestane ruimte
op de openbare weg behoorlijk gereinigd is.
Artikel 16.
Het is verboden de openbare weg op enigerlei wijze te ver-
ontreinigen.
Artikel 17.
Het is verboden:
a. faecaliën te storten op de openbare weg;
b. puin, afbraak, kalk, aarde, klei, mest, zaagsel, krullen, zand,
spaanders, los stro, pakhooi, pakpapier, as, slijk of afval an-
ders te vervoeren dan in vervoermiddelen, welke zodanig zijn
ingericht en worden gebruikt, dat het storten of wegstuiven
van de inhoud voorkomen wordt;
c. bloed of ingewanden van dieren of stankverspreidende stof-
fen te vervoeren anders dan op voldoende wijze afgedekt en...”
|
|
3 |
|
“...inrichting of het bedrijf, waarin
zodanig werk wordt verricht, is verplicht op eerste aanzegging
door of namens het Plaatselijk Hoofd van Politie deze inrich-
ting of dit bedrijf buiten werking te stellen.
Artikel 28.
Het is verboden in de bebouwde kommen:
a. faecaliën te storten op open of gesloten erven;
b. mest-, vuilnis- of ashopen op open of gesloten erven aan te
brengen of te hebben;
c. anders dan tijdens of onmiddellijk vóór of na het verrichten
van werkzaamheden, puin, afbraak, kalk-, klei- of zandhopen
op .open of gesloten erven aan te brengen of te hebben;
d. enig vee of huisdier te verbranden;
e. vee te begraven.
Artikel 29.
1. Het is verboden in de bebouwde kommen:
a. vuilnis of mest te bezigen tot het aanvullen of ophogen van
erven of terreinèn;
b. vuilnis of mest of andere afvalstoffen op erven of terreinen
op te hopen.
2. De bepalingen van dit artikel zijn niet van toepassing
op de aangewezen openbare stortplaatsen.
Artikel 30.
Het is verbodèn in de bebouwde kommen zonder...”
|
|