Your search within this document for 'na' resulted in six matching pages.
1

“...toebehoren; 3o. een opgave van de ziekeninrichtingen, kerken en scho- len, binnen een kring van twee honderd meter van het gebouw of lokaal der inrichting gelegen. Artikel 4. 1. Van elk verzoek om een vergunning tot het oprichten van een inrichting als bedoeld in artikel 1, wordt door de Ge- zaghebber aankondiging gedaan in een of meer nieuwsbladen. Daarbij wordt mededeling gedaan van het bepaalde in het tweede lid. 2. Het verzoek met de bijlagen, genoemd in artikel 3, wordt gedurende dertig dagen na de in het eerste lid bedoelde aankondiging ter visie gelegd op het Gezaghebberskantoor. Ge- durende deze termijn heeft een ieder het recht mondeling of schriftelijk zijn bezwaren tegen de oprichting kenbaar te ma-...”
2

“...— 3 — 6 ken. Mondelinge bezwaren worden door een daartoe door de Gezaghebber aangewezen ambtenaar in schrift gesteld en door de belanghebbenden ondertekend. Artikel 5. Gedurende een week na afloop van de in het tweede lid van artikel 4 bepaalde termijn kunnen zowel de verzoeker als zij, die bezwaren inbrengen, kennis nemen van de tegen het verzoek ingebrachte bezwaren. Artikel 6. Binnen een maand na afloop van de in het tweede lid van artikel 4 bepaalde termijn beslist het Bestuurscollege over het verzoek en geeft daarvan terstond kennis aan de verzoeker en aan hen, die bezwaren inbrachten. Artikel 7. Het Bestuurscollege is bevoegd, alvorens te beslissen, te verlangen, dat zowel de verzoeker als zij, die bezwaren inbren- gen, die bezwaren mondeling of schriftelijk zullen bestrijden of toelichten. Artikel 8. 1. De vergunning wordt schriftelijk verleend en gesteld ten name van de verzoeker en zijn rechtverkrijgenden. 2. Aan de vergunning wordt een exemplaar van de in ar- tikel 3 onder lo...”
3

“...ig de bestemmling van die gebouwen of lokalen, het versprei- den van stank, rook of dampen en het maken van ge- raas of gedruis; b. schade aan eigend'ommen, bedrijven of gezondheid; c. gevaar. 2. Vrees voor concurrentie in enig bedrijf kan geen reden tot weigering zijn. Artikel 11, 1. Tegen weigering van een vergunning staat de verzoeker beroep open bij de Eilandsraad binnen veertien dagen na de dag- tekening van het besluit van het Bestuurscollege. 2. Bij de behandeling van dit beroep komt aan de Eilands- raad de bevoegdheid toe, bedoeld in artikel 7. 3. De Eilandsraad beslist binnen twee maanden na de dag- tekening van het beroepschrift bjj met redenen omkleed besluit. Artikel 12. 1. Indien door het stellen van voorwaarden aan het be-...”
4

“...— 5 — 6 zwaar van hinder, schade of gevaar kan worden tegemoet ge- komen, kunnen aan de vergunning voorwaarden worden ver- bonden. 2. Indien na het verlenen ener vergunning, waaraan voor- waarden zijn verbonden, mocht blijken, dat de naleving der ge- stelde voorwaarden niet nodig mocht zijn, kan het Bestuurs- college de houder der vergunning geheel of gedeeltelijk daarvan ontslaan, na aan belanghebbenden, te wier behoeve de voor- waarden zijn gesteld, gelegenheid te hebben gegeven hun be- zwaren in te brengen. Artikel 13. 1. Het Bestuurscollege kan de houder ener vergunning nieuwe voorwaarden opleggen, indien de ondervinding de nood- zakelijkheid daarvan mocht aantonen. Ieder belanghebbende kan het Bestuurscollege het met redenen omkleed verzoek daar- toe doen. 2. Geen nieuwe voorwaarden worden opgelegd dan bij met redenen omkleed besluit, de houder der vergunning gehoord of behoorlijk opgeroepen. In het besluit wordt een termijn gesteld, binnen welke door de vergunninghouder aan de daarbij...”
5

“...6 — fi- ning vragen aan de Eilandsraad. De Eilandsraad beslist op dit verzoek binnen twee maanden na de dagtekening daarvan bij met redenen omkleed besluit. Artikel 15. Een nieuwe vergunning is nodig om een inrichting, die lan- ger dan twee jaren heeft stilgestaan, opnieuw in werking te brengen. Artikel 16. 1. Overtreding van het bepaalde in artikel 1 wordt ge- straft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste drie duizend gulden. 2. Het niet naleven van voorwaarden aan een vergunning verbonden, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of geldboete van ten hoogste duizend gulden. 3. Indien de overtreding wordt begaan door of vanwege een naamloze vennootschap, een coöperatieve of andere rechts- persoonlijkheid bezittende vereniging of een stichting, wordt de strafvervolging ingesteld en de straf uitgesproken tegen de leden van het bestuur. Geen straf wordt uitgesproken tegen de bestuurder van wie blijkt, dat het feit buiten zijn toedoen is geschied...”
6

“...geldboete van ten hoogste zes honderd gulden, met of zonder ontzetting van het recht om ambten te bekleden. 3. Hij, aan wiens schuld schending van die geheimhouding te wijten is, word gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van ten hoogste drie honderd gulden. 4. Geen vervolging heeft plaats dan op klachte van de eigenaar van de inrichting. Artikel 21. 1. Deze eilandsverordening kan worden aangehaald als „Hinderverordening Aruba”. 2. Zij treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging. Gegeven te Oranjestad, de 24ste Juli 1952. KWARTSZ...”