1 |
 |
“...378
CONGO
deelten zou de kolonie (telkens na verloop van één jaar) voor de
vrije particuliere onderneming worden opengesteld, en de ge-
dwongen arbeid zou vervallen. Daarop volgde inderdaad de er-
kenning van het Belgisch bezit door de Vereenigde Staten; eerst
27 Juni 1913, nadat gebleken was dat de toezeggingen werden uit-
gevoerd, ook die van Engeland. Het gevolg dezer hervorming was,
dat Fransch en Duitsch kapitaal zich interesseeren konden in Ka-
tanga, waar rijke koperlagen waren ontdekt; de Congokolonie
kwam er haast meer door op de spraak, dan België hef kon zijn. Dat
Duitschland in 1911 om overdracht van het Fransche voorkoop-
recht had gevraagd, werd er met verontrusting vernomen; in ver-
band met die vraag trok het de aandacht, met hoe groote snelheid
Duitschland eene spoorwegverbinding tot stand bracht tusschen
Dar-es-Salaam en het Tanganjika-meer; zij kwam vóór het einde
van 1913 gereed. De afloop van den wereldoorlog heeft België van
zorg uit dezen hoofde ontheven. Intusschen...”
|
|