| 1 |
 |
“...huive
waren verschenen, en die den dood van Prins Hendrik be-
schouwen als het einde van hun gelukkigen toestand.
Het gezicht in de rouwkapel, voor wier ingang de aan-
wezenden in een halven kring geschaard stonden, stemde
tot ernst en weemoed. Zwart fluweel en damast, met zilve-
ren franje gezoomd, met zilveren tranen bezaaid, bekleedde'
de wanden; aan de achterzijde, boven een verhooging als
een altaar, verhief zich een reusachtig kruis van zilverlaken,
zacht tintelend in den bleeken glans der waschkaarsen, op
zilveren kandelaars daar voor geplaatst. Dat kruis droeg in
zijn midden het blazoen des Princen, met het droevig onder-
schrift: Obiit 13 January 1879.
1 Ofschoon ten onrechte schrijft de verslaggever daarby: want
nog leeft het Huis Oranje....”
|
|
