| 1 |
 |
“...neutraal verklaard.
))4. De zelfde Mogendheden erkennen de volstrekte onaf-
hankelykheid en de autonomie van het groothertogdom.
En met echt Vorstelyke grootmoedigheid bood hy aan om
de geldelyke offers, die der verwezenlyking zijner denkbeelden
zouden moeten worden gebracht, uit zijn eigen fondsen te
bestrijden.
Den zevenden Mei kwamen de Gezanten van Pruissen,
Frankrijk, Engeland, Rusland, Oostenrijk, Itali, Nederland,
Belgi, en Luxemburg te Londen by-een, en vier 'dagen later
had de zaak beur beslag, waarby s Princen artikelen byna
woordelyk waren overgenomen.
Welk een innige, edele zelfvoldoening het harte van den
beraden Regent toen versneld en vrolyk kloppen deed, ge-
tuigde hy-zelf in zijn andwoord op den hem gebrachten vu-
rigen dank voor wat Luxemburg hem verschuldigd was.
Men heeft [gesproken zeide hy van hetgeen ik
voor het groothertogdom heb gedaan. Voorzeker, mijne Heeren!
deed ik alles wat van my afhing. Niets echter had ik kun-
nen volbrengen zonder den steun, de genegenheid...”
|
|
| 2 |
 |
“...handhaafde ongeschonden s Lands zelfstan-
digheid.
Toch ging dat belangrijk jaar niet zonder een beteeke-
nende, ja zelfs een groote daad zijnerzijds voorby. De door-
graving der landengte van Suez had ook by partikulieren
het denkbeeld eener stoomvaait van Nederland naar Indi
opgewekt, ten gevolge waarvan zich dadelyk in 1869 te
Amsterdam een kommissie daartoe vormde. De Prins nam
daar met groote belangstelling kennis van, en te Soestdijk,
waar hy de kommissie sprak, kreeg de zaak als t ware heur
beslag, met toezegging zijner volle bescherming. Dusdoende
kwam het volgende jaar de Stoomvaartmaatschappij Nederland
tot stand, waarby hy gaarne het eerevoorzitlerschap aannam,
terwijl hy tevens den Goeverneur-generaal van Nerlandsch-
Indi de bevordering der belangen van deze Vereeniging op
Java ten sterkste aanbeval. Zoo mocht haar voorzitter negen...”
|
|
| 3 |
 |
“...Frederik zich overigens aan dit wrakke bezit
niet gelegen laten liggen, en zoo kon in 1754
de Gouvernante Anna het Paleis voor de
Oranjes terugkoopen, waarop zij het grondig
liet restaureeren.
Veertig jaar later zou het opnieuw in vreem
de handen komen, ditmaal echter niet door
een erfenishistorie, maar doordien de Oranjes
den vaderlandschen bodem moesten verlaten
.... Zij maakten plaats voor de Fransche vrij
heidstroepen, welker bevelhebber, generaal
Pichegru, het Paleis met andere bezittingen in
beslag nam, het tot staatseigendom procla-
meerde en er zijn zetel vestigde.
CTAATSEIGENDOM_________ dat is het Paleis in
het Noordeinde ook gebleven na het her-
stel van Neerlands onafhankelijkheid; doch het
werd den regeerenden vorsten uit het Huis
van Oranje voorgoed als woning toegewezen.
Een duurzaam gebruiksrecht, dat aanstonds
nogmaals bezegeld wordt, wanneer het even
voorname als vriendelijke vorstenverblijf het
trouwhuis zijn zal van onze geliefde Prinses!...”
|
|