1 |
|
“...heerlijke dwaze Joodje denk uit de Clercqs dagboek,
dat Joodje dat zich van top tot teen in oranje gestoken had en zoo
de straat is opgegaan, ik die hier langs de zwarte grachten van
het oude Amsterdam naar den Bidstond ga mijn God, geef dat
daar straks in die kerk niets van glimlachende zelfverheffing en
stompe voldoening over dit moment in de atmosfeer zal han-
gen; mijn God, Gij die in den heml woont en nochtans geen
,,Dieu zijjt, maar tot ons gekomen in het ghetto van een stal
en in dezen tabernakel van dit arme vertrapte vleesch Gij
alleen, weet hoezeer wij allen zijn tekort geschoten en hoe wij
allen, allen, minder deden dan wij als onnutte dienstknechten
hadden behooren te doen; Gij alleen zijt het immers die ons oor-
deelt door dit uitbundige Joodje dat ditmaal, anno 1945, niet
rondsprong door de straten omdat het er niet meer was ...
Als ik over den Dam ga zie ik het licht kleurig breken door
het glas van het groote raam. Dan sta ik in de queue op het trot-
toir en voeg me met de...”
|
|