Your search within this document for 'pas' resulted in six matching pages.
1

“...de de Ondergeteekende niet tïalaaten op een beleefde wyf'e fig daar over geindigneert te roonen, wei weelende dat men iulks gewoon is in de Engelfche Ta.de by weeee’ van rediculireering en befpottinge aan de Hollandfche Natie re doem; maar teffens te regt denkende, dat ioodanige laaee en disrefpeélueufe befpottinge in Brieven van foo een fe* rieufe aard, als die over Nationaale faaken gefchreeven wor- den, en onder de Oogen van iouveraine Mogendheedeö •kunnen of moeten koomen, gantich niet te pas koomen; iweemende eerder na exprefiien* die in Theatrifche inter- ludes gebruikt worden, dan na de behoorlyke termen in ecne Nationaale Correspondentie gebruikelyk ; welke remar- que ook van dat effed is geweefi, dat gemelde fijne Ex- cellentie daar over eene apologie gemaakt heeft, foo als blykt uit Bylaage No. zz. Hier op ontfing de Ondergeteekende een Antwoord Vart den gemelden Admiraal, fonder datum, foo als blykt uit Bylaage fub No zz., met pofitive beloften van de noodige bewyfen* welke fijn...”
2

“...(8$), ' Waren, de Ondergeteekende altoos had de gèdagt dat niet te pas quaamen in Brieven van foo een ferieulen aard, als die over Nationaale faaken rouleeren; tot dat fijn Excel- lentie daar van een voorbeeld gegeeven had. Dat (wat aangaat het geen lijn Excellentie meld wee^ gens de vryheid van de Haven van St. Euftarius en wac ook de onmededogende mogen denken) fomtyds dat Ei- land daar door een toevlugt is voor de geenen die in noo- den elendig geworden zyn: en dat (vermits fijn Excellen- tie de goedheid hadde, niettegenftaande des Ondergetee- kendens verfeekering van het contrarie, egter te urgeeren dat ’er een Variëteit van informatien van Lieden van alle Natiën foude zyn, dat men Ros te St. Euftatius hadde wil- len conftringeeren om deflelfs getuigenifie re herroepen, dan dat hy egter geperfilleert hadde by fijne eertte getui- genifle); de Ondergeteekende nu, niet op het hooren keg- gen van Engelfche of Hollanders, maar op fijn eigen ge- gronden kennifie, fijn Excellentie weederom...”
3

“...alliantie aélueel fublifteerende tuflehen fijne Groot-Brittannifche Majefteit en de Heeren Staaten Generaal der vereenigde Nederlanden, myne Mees- ters; begeerig om de klaarlte bewyfen te geeven van myn ieverig attaehement voor de belangen van de Britfche Natie in het gemeen» en van myne agdng voor Uw Excellentie in het particulier* heb ik Veel toegegeeven aan de byfondere omftandigheeden der tyden, en veelvuldige irregulariteiten, ten hoogften reprehenfibel in fig felven» ongecenfureert laaten pas- feeren; wanneer de Geregtigheid van my vorderde redres te vraagen, heb ik fulks nooit roet een arro- gante toon gedaan; nog wanneer de billykheid en x de...”
4

“...weet hy niet dat iemand van de Zeelieden, of Officieren Eigenaars van een gedeelte van het felve waaren; dat hy Stuurman op het felve was ten tyde dat de Sloep genoomen is; dat hy het felve eerit te St. Euffatius geilen heefc omtrent drie maanden geleeden, dat hy gelooft dat het felve in Virginia gebouwt is. En deefe Deponent fegd verder , dat feedert hy de voorfz Sloep gekonnen heeft defelve de naam van Chriftiana gevoert heeft, en dat hy haar nooit by een andere naam gekonnen heeft; dat fy een Pas- port aan Boord had van het Congres van de veree- nigde Staaten van Woord-Vmerica ; dat gemelde Sloep voor foo veel deefe Deponent gehoord heeft en gelooft omtrent vier maanden geleeden van Phi- ladelphia te St. Euffatius aangekoomen is met een Laading Tabak en Meel, en dat fy laatft van St. Euffatius gezeilt is gedertineert na Noord-Carolina, dog om te kruiden op de hoogte van Bermuda, op de Scheepen van fijn Majeffeits Onderdaanen, en dat fy te St. Euffatius een quantiteit Zout ingenoomen had...”
5

“...ant- woorde, het doet my leed. Alloway hernam toen* dat twee Curacaofche Vrymannen in fijn Sloep ge- noomen waren gêweelt, verfoekende te mogen wee- ten yvat Happen noodig foude zyn, om aan delelvë hunne vryheid te beforgen; waar om antwoorde, foo deefe Vrymannen voorben zyn van de behoor- lyke Credentiaalen, vervoeg U by den Gouver- neur, en ik durf leggen, hy fal het nodige doen; waar op Alloway vertrok, foo het fcheen wel ver- genoegt. , Kort daar op werd ik afgeroepen om te ontby- ten, en wat pas even neergezeeten wanneer ik de Vlag lag opheilfen, en een fchoot hoorden doen van het Fort Amfterdam; nam een Verrekyker, om des te beeter te kunnen ob crveeren wat aan Boord van dé Brigantyn en der drie andere Vaartuigen naby defelve geankert, palfeerde; en werd een Sloep ge- waar, welk ik naderhand geinfarmeert wierd, de irfehe Gimhlet genoemt te zyn geweeft, fonder Mall-Boom of Boegfpriet, leggende digt aan de Bakboordzyde van de Brigantyn; en het Fort aan- houdende met fchieten op de voorfz...”
6

“...deed, en een roode Vlag opheillen. — Dat fiende geen mogelykheid om haar te ontkoomen, en 011- derltellende dat fy door het Fort op White Hoek (zynde toen niet verder van het felve dan de dis- tantie van omtrent twee mylen) befchermt foude worden , foo het voorfz Schip een Americaanfche Kaper mogt zyn, hielde fy by> en quaamen digt on- der haar Dek. — Dat iemand aan Boord van het gemelde Schip toen aan deefe Deponenten riep vari het groote Zeyl neer te haaien, het geen fy terllond deeden, en het pas even gedaan hadden, wanneer een decharge uit het klein Geweer van het Dek van het gemelde Schip op de voorfz Schoener ge- daan wierd, en te gelykertyd van de Bak van het lelve uit een Koehoorn gelaaden met krom Yfer en Rondfchot een fchoot gedaan wierd, waar dooreen van hun Manfchap gedood, en drie gewond wier-» den. — Dat kort daar op het gemelde Schip een Vlag met dertien Streepen opheillen, en aan deefe Deponenten bevoolen wierd de hunne neer te haa- ien, waar aan fy gedwongen waren lig te onder-...”