| 1 |
 |
“...Num.143’
(310)
ke Uw Edele fchynen ombrage gegeevea te heb-
ben.
Ik ben met eerbied, &c.
Antigua den 10 Oétober 1777.
Was geteekent,
William Mathew Burt.
Aan de Edele Gouverneur
de Graaf.
Myn Heer ?
T5Y myn terugkomfi alhier van Barbuda , heb ik
^ van den Koning myn Meefiers Gouverneur te
St. AuguÜine, ingeflootene Brief ontfangen , met.
verfoek defelve aan de Heer Jennings te doen toe-
komen.
Don Diego Iph Navarra, fijn Catholyke Majefieits
Gouverneur te Cuba, uit een waare fugt tot de regt-
vaardigheid, fond uit de Havana aan der. Gouver-
neur Tonyn, de Sloep de drie Vrienden, geiegt
wordende van St. Euftatius uitgezeyld te zyn. De
Schipper, die de eenigfie bevaaren Man aan Boord
was, word gefegt over Boord gevallen te zyn. De
Sloep wierd door een Spaanfch Vaartuig op Zee
ontmoet, en te Havana opgebragt. Van het eenig-
fie Papier aan Boord gevonden , heeft Gouverneur
Tonyn my een Copie gefortden, die in de Brief aan
de Heer Jennings geflooten is. De Sloep word forg-
vuldig te St. AuguÜine...”
|
|
| 2 |
 |
“...( 317 )
hun Memorie, de plïgc my opgedraagen van my vor-
derde my aan Uw Excellencie te addrefleeren, het
geen gefchied is op de eenvoudigfie wys moogelyk,
en londer op my te neemen in de merites van een
laak te treeden, die noodwendig in een andere plaats
moeit bellilt worden:. fchoon ik mag hoopen ver-
fchoont te werden van aan Uw Excellencie te ob-
lerveeren, dat Uw Miiïive van den i8 November,
handelende over het gedrag van Don Diego Isp Na-
varro en van den Gouverneur Tonyn, eindigt met
een remarque, die ordinaire Leefers moet doen be-
lluiten dat het Uw Excellencie niet volkomen emit
was met opligt tot de Minerva; en dat ik chariteit
genoeg heb om te geloven dat geene deugtfaame ge-
volgtrekking door de MemorialiJten getrokken uit
de grondbeginfelen der zeedelykheid aan Uw Excel-
lencie beleedigend kan zyn, vermits de geregtigheid
lelfs een weelentlyk gedeelte der zeedelykheid is.
U Excellencies Milfive van den io December is
alreeds voor een gedeelte beantwoord geweelt door
myne...”
|
|