1 |
|
“...moet te
gemoet iien: de onmogelykheid, of ten minBen be-
fvvaarlykheid, om foodanig [een Borgtogt te kunnen
alhier in loco vinden, is in Baat om defelve te de-
courageeren; foo dat de Inwooners alhier moeten
voor hunne, Oogen de gemelde Handeldryvende Vaar-
tuigen na andere Eilanden fien gaan om aldaar hun-
ne Laadingen te verkoopen, en dus niet alleen een
voornaame tak van hunne Negotie den bodem inge-
flaagen fien, maar felfs, foo als in dit critiek faifoen
te vreefen Baat, het Brood dat het Baf des leevens
is en noodwendig door dat Canaal genoegfaam hier
moet ingevoert worden, hun Deuro,m foo te fpree-
ken, fien voorby gaan, fonder het felve te kunnen
koopen: of wil men de gemelde Handeldryvende
gearmeerde Vaartuigen hier hebben, moet de een of
ander der Kooplieden fig bloot Bellen aan een fecu-
riteit, die ruïneus voor defelve mag uitvallen, dewyl
niemand foude kunnen caveeren voor de ongeree-
geltheeden, welke door de Bootsgefellen van foo-
danige Vaartuigen, welke Onder alle Volkeren...”
|
|