1 |
 |
“...tijd de rijke koopman het eiland
en trok naar Europa terug. Het oorlogsvuur barstte rondom
nit, de handel geraakte aan het kwijnen; de tijden wer-
den neringloos, de kerkelijke inkomsten verminderden en
de gemeente verviel tot armoede.”
In het begin van 1806 was men reeds genoodzaakt,
om //tot voldoening der achterstallen in de kerkekas
eenige hiertoe noodige hypotheken op te eischen.” In
1807 besloot men weêr tot eene extraordinaire collecte
bij de gemeente. //En opdat zulk eene collecte te beter
mogt uitvallen en voor elk lid der gemeente min be-
zwaarlijk zijn, zoo is tevens goedgevonden, om de ge-
meente uit te noodigen tot eene vrijwillige gift voor een
geheel jaar, waartoe een ieder bij subscriptie zich gelieve
te verpligten en waarvan maandelijks het twaalfde gedeelte
zal betaald worden.” Wederom werd er vooraf een adres
aan de gemeente gezonden of in de kerk voorgelezen,
ongeveer van denzelfden inhond als dat van 1805. Deze
inschrijving, welker bedrag met de namen der inschrij-...”
|
|