1 |
 |
“...schip dwars in die rolling brengt, somtijds zeer
nadeelig voor het tuig is, aangezien het slingeren zoo be-
langrijk is, dat de sloepen, hoog in de davids geheschen,
soms te water komen.
In de orkaantijden kan men hier in het geheel niet
liggen, vermits een Z.W. wind het schip oogenblikkelijk
op den wal zou slaan.
Bij mijne komst lag hier insgelijks ten anker het Spaansche
oorlog-stoomschip Pizarro en een Fransch koopvaardij-bark-
schip; eerstgenoemde ging echter dienzelfden avond eene
betere legplaats te Caldèra, in de Nieoa-baai, iets ooste-
lijkcr gelegen, opzoeken , terwijl laatstgenoemde tegelijk
over de bank de rivier inzeiide.
De Officier van dienst in de met moeite gestreken sloep
aan den wal gaande, had in last denNederlandschen Consul,
den Heer d. leon , kennis te geven van ons arrivement,
V...”
|
|
2 |
 |
“...aanzienlijke uitgaven voor schrijfbehoeften.
Bij den gunstigen afloop van het geschil omtrent de
Amalia, scheen hij zich van mijne voorspraak bij het
Gouvernement veel goeds te beloven, en te verwachten,
zoo al niet zijne benoeming tot Consul Generaal van St.
Domingo met bezoldiging, dan toch zoo voor zich als
voor den Minister van Buiten]andsche zaken de castro,
eene andere belooning.
Aangezien het van en aan boord gaan zoo bemoeijelijkt
werd door de rolling, en ik toch herhaaldelijk mij aan
den wal moest bevinden, ben ik verpligt geweest ver-
scheidene keeren gebruik te maken van des Consuls aan-
bod , om . in zijn huis mij op te houden, en maakte ik
alzoo eenige verpligting aan Z. E. voor het Gouvernement.
Terwijl nu op den ln Maart alle zaken, die mij te
St. Domingo hielden, waren afgeloopen, maakte ik mij
gereed des anderen daags de reis naar Jamaica te ver-
volgen. Vooraf echter zij hier nog het weinige, dat ik
van den staat van zaken en van den handel kon te weten
komen, gemeld.
Van...”
|
|
3 |
 |
“...14
had ik stoom doen stoken) zoo min mogelijk vaart loo-
pende, om de oost houden. Gedurende den nacht bleef
ik in het gezigt van het vuur op en neder houden, dit
brengende van het N. O. tot het N. W.
Met den dag den vuurtoren in het N. W. hebbende,
bevond ik, ofschoon daarop gerekend, het schip om de
noord gezet, en stuurde ik zooveel uit den wal als noodig
was, om van de op J 4 | Duitsche mijl uitstekende reven
voor Morrant-baai vrij te loopen.
Voor het overige kan men de kust hier veel digter
naderen. Bij Jalley-point zag ik een vóór ons zijnde brik
een loods uit een zeer klein vaartuigje overnemen, dat
weldra onder den wal uit het zigt was. Spoedig zag ik
een dergelijk klein vaartuigje , met een driekant wit zeiltje
op zee, en daarop aangehouden, nam ik daaruit over een
Creool, die goed Engelsch sprak, mij een certificaat als
Master-Pilot vertoonde, en genoemd r. e. golson. Op
zijne aanwijzing werd langs de kust naar Coic-point en
Plum point aangestuurd, waar weder een zeer ver zigt-...”
|
|
4 |
 |
“...denzelfden loods, door het
met bakens afgezette vaarwater, naar Kingstown, waar
ik een half uur daarna weder het anker liet vallen in
9 vad. water voor 35 vad. ketting.
In de zeer ruime havenkom liggen vóór de stad op
stroom en tegen de elkander opvolgende werven, een
groot aantal handelsschepen van alle natiën. Op mijne
aanwijzing had de loods het schip ten anker gebragt voor
eene lands werf, naast die van den Heer simon emiie
pjeteiisz , Nederlandsch Consul alhier.
De Officier van dienst naar den wal gaande, had in last
den Consul kennis te geven van mijn arrivement, de be-
zoeken bij militaire en civiele autoriteiten, die de Consul
zou noodig oordeelen, af te leggen, en tevens kennis te
geven van mijn voornemen, om des anderen daags in
persoon mijne opwachting te zullen komen maken.
Na den Nederlandschen Consul, Hollander, van Curasao
geboren namelijk, ging ik mijne opwachting maken bij het
hoofd van het civiel bestuur van Kingstown en den Gene-
raal PMNGI.B tayear , Kommandant der troepen...”
|
|
5 |
 |
“...even als op de beide door
mij bezochte plaatsen, de meest belangrijke toebereidselen
gemaakt. . De quarantaine-doctor, even binnen de haven
langs zijde gekomen, gaf zonder moeite practica.
Juist met zons-ondergang liep ik in de prachtige handels-
haven van Havanna, achter de Spaansche oorlogschepen
om , waarbij de Schout-bij-Nachts vlag van Z. Exc. Senior
Don jozé g. rubalcaba, waaide van het stoom fregat Blanca.
Iets meer naar binnen ten anker gekomen, begaf zich
de Officier van dienst naar den wal, om den H. Ed. G.
Heer w. lobé, Consul-Generaal der Nederlanden alhier,
kennis te geven van ons arrivement, en te berigten, dat
het mijn voornemen was, des anderen daags, op den tijd
van parade, de gewone saluten te doen, om daarna mijne
opwachting bij de civiele en militaire autoriteiten te gaan
maken, zoo mogelijk in gezelschap van Z. H. Ed. G.
Een Officier van het Admiraalschip kwam aan boord om
te complimenteren. Ten 9U des anderen daags, uitvoering
gegeven hebbende aan het plan tot het doen...”
|
|
6 |
 |
“...24
werden, ging ik aan boord van het fregat Blanca, om te
bedanken voor de beleefdheid van het complimenteren, en
werd ik ontvangen door den Vlagge-Kapitein, Kommandant
van dat fregat, Don josé paolo de barnabé , wonende de
Sohout-bij-Nacht op de werf aan den wal. Z. H. Ed. G.
de Engelsche taal bij uitnemendheid magtig, hebbende hij
5 jaren op Engelsche schepen en werven doorgebragt, had
de beleefdheid mij het geheele schip tot in de geringste
bijzonderheden te laten zien, en daarin rond te leiden.
Hierop zal ik mij de eer geven later nog terug te komen.
Tegen 12 , den door den Consul - Generaal opgege-
ven tijd, aan den wal komende, vond ik Z. H Ed. G.
gereed lot het doen der vereischte bezoeken, en werden
wij met voorkomende beleefdheid door den Kapitein-
Generaal-Gouverneur en den Schout-bij-Nacht ontvangen.
Ik bad gemeend, vóór of na de officiëele bezoeken, den
Consuf-Geaeraal inlichting te geven omtrent het doel der
komst van de Vesuvius, te Havanna, en Z. H.Ed. G.
medewerking tot...”
|
|
7 |
 |
“...aanmerking te
mogen komen.
Om tot Havanna terug te keeren, moet ik erkennen,
dat ik mij niet herinner ooit eene handelshaven in eene
kolonie bezocht te hebben, waar zulk eene onbegrijpelijke
activiteit heerscht. Hoeveel schepen van allerlei natiën de
haven bevatte toen wij er waren, kan ik niet gissen, maar
zeker is het dat er nog wel plaats was voor het dubbel
van dat getal. Om minder plaats aan de kaden weg te
nemen, voor hen die laden en lossen, liggen zij tegen
elkander aan, met den boeg tegen den wal gemeerd en
een anker op het diep. Het ontbreekt mij aan veel ge-
gevens, om met juistheid het groot belang van handel en
scheepvaart van Havanna en Cuba, in het algemeen met
cijfers te bewijzen of daarvan een denkbeeld te geven.
Eene brochure van den Consul-Generaal lobé, betrekkelijk
het eiland, in den vorm van brieven aan een hoogge-
plaatst ambtenaar te Madrid, te Parijs in het jaar 1856
uitgegeven, toen de vrees algemeen was, dat de Vereenigde
3...”
|
|
8 |
 |
“...O. en O. Z. O., de machine stoppen, de zeilen
bijzelten en de schroef ligten.
Op den middag bevonden wij ons met een goed, gebeterd
bestek dan ook op 29° 28' N. br. en 79“ 11' W. L.,
zoodat in het laatste etmaal een stroom om de noord van
57' was ondervonden. De tijdmeters gaven een stroom van
16' om de west aan, doch ik voor mij meende, dit niet zoo
zeer aan stroom te moeten toeschrijven, als wel aan den
invloed der dwars inkomende zee om de noord liggende.
Ten einde spoedig wat meer uit den wal te komen, al verloor
ik daardoor iets van den invloed van den sterk om de
noord zettende golfstroom wanneer men midden in blijft,
liet ik koers zoo oostelijk mogelijk bepalen, ook vermits
de beschrijving in de Columbian Navigator, Sailing
Directory for the IV est - Indies, volume II, zoo dringend
aangeeft om de reis naar Europa, straat Florida uit-
komende, bezniden de llermuda-cilandcn aan te vangen,
en dit, als daar staat, voor de Engelsche Marine zelfs tot
de voorschriften behoort voor kommanderende...”
|
|
9 |
 |
“...eenigzins van belang, omdat de
groote en marsera's toch reeds miuder scherp kunnen ge-
brast worden dan fokke- en voormarsera, terwijl als men
bijligt, zoo als meestal, voor dubbel gereefde stormfok en
stormbezaan, en digt gereefd groot-marszeil en achter bark-
zeil, het schip gemakkelijker ligt zonder water over te
nemen, hoe hooger het aan den wind blijft, terwijl het
groot-marszeil dan al zeer spoedig leeft, en men dient te
zorgen dat het niet tegenkomt.
SLoapBH en KLEINE VAARTUIGEN. Alleen wal dit
gedeelte aangaat, zijn de stoomschepen der 4° klasse, naar
mijn gevoelen, slecht uitgerust. De bepalingen toch geven
daarvoor aan :
Een barkassloep, & 10 riemen, AA N°. 2.
Twee Jollen, » 6 dito, E » 1.
Een Jol, . . » 2 dubb. dito, E » 2.
Van die vaartuigen is enkel de barkassloep, a 10 riemen-,
voor hel daarmede beüogde doel geschikt, als ook de jol,
è 2 dubbele riemen , in die enkele gevallen, dat men buiten
’s lands in eene haven ligt waar zee noch tij staat, dus
op de reeden van Nederland...”
|
|
10 |
 |
“...wederstand bieden aan het
zeewater, er in persoon de proef mede genomen.
Met een paar nieuwe opgenomen 7 stekers, kwam ik op
het door harden regen natte dek, en oogenblikkelijk voelde
ik het water in de schoenen. Bij onderzoek bleek het mij,
dat het eerst door de gaten in de zooien van de leest kwam,
die toevallig doorgeslagen waren, en later in grootere hoe-
veelheid door de naden, waartegen het met vet insmeren
van deze niets hielp. Ook hier kan het Engelsche schoeisel,
hetzelfde als daar overal aan wal gebruikt wordende, op...”
|
|
11 |
 |
“...60
Nederlandsche Marine.” Onder sommige omstandigheden (als
meerdere Nederlandsche schepen op dezelfde plaats ver-
eenigd zijn) is het dikwijls nutlig aan den wal te kunnen
herkennen, lot welk vaartuig een man behoort. Bestaat er
onder eene equipagie de zoo wenschelijke voorliefde voor
eenig schip, dan is het der bemanning daarenboven aange-
naam dat de naam van dit schip op een stuk van zijn uniform
te zien is.
Nog is er een artikel van uilrusting, dat van goede
kwaliteit en in ruimere mate verstrekt dan nu het geval is,
aan boord van heilzamen invloed zou zijn op het leven
en de gezondheid van den matroos of schepeling in het
algemeen. Ik bedoel het oliegoed. Eene broek en boeze-
roen, goed waterdigt gemaakt, zou dan, vooral in ons
klimaat, van veel ongemak bevrijden, en voor ziekten,
vooral kwalen van latere jaren , behoeden. De weinigen
die zich dit zelf aanschaffen of vervaardigen, hebben er op
eene tehuisreis groote dienst van. Doch teregt zeg ik de
weinigen, want het getal matrozen...”
|
|