1 |
|
“...Ik vermeende in den geest van het Ministerie te handelen,
door er bij te voegen en er op te wijzen: dat de Vesuvius
reeds hel derde Nederlandsche oorlogschip was, waarvan de
Kommandant was afgezonden tot beëindiging van deze nu
reeds twee jaren hangende zaak ; dat, naar mijn gevoelen ,
van het antwoord, dat ik eerlang in Nederland aan mijn
Gouvernement hoopte te brengen, zoude afhangen, of niet
nog in den loop van dit jaar welligt andere Nederlandsche
oorlogschepen zouden komen, van grooter charter maar
zeker met minder vredelievend doel, om een einde te
maken aan het geschil, ’t welk eerst te Curasao en later
in Nederland was onderzocht; dan wel of het toegeven
aan den eisch van mijn Gouvernement, zoude leiden tot
het sluiten van een consulair verdrag, waarvan tevens
sprake was in de boven aangehaalde missive , en zulks tot
zeer belangrijk voordeel van het Dominikaansch Gouver-
nement.
Mijne woorden, door den Minister de castro (die de
Fransche taal zeer goed magtig is) in de landtaal...”
|
|
2 |
|
“...
è 2 dubbele riemen , in die enkele gevallen, dat men buiten
’s lands in eene haven ligt waar zee noch tij staat, dus
op de reeden van Nederland nimmer.
De ondervinding heeft bewezen, dat men met de beide
jollen, & 6 riemen, bij een weinig wind of kabbeling van
het water niets kan uilrigten. Voor het charter van het
schip en eene bemanning van 100 koppen, zijn die jollen
dan ook al zeer nietige vaartuigen, waarvan men ook in Oosl-
lndi'è, bij eene expeditie of ontmoeting van zeeroovers,
als de barkas niet zoo oogenblikkelijk uitgezet is, het
groote nadeel zoude ondervinden.
De sloeps-davids, waaraan zij geheschen worden, konden
op den Vesuvius, even als op alle stoomschepen van dat
charter, naar mijn gevoelen, zeer gemakkelijk eene halve
Ned. el hooger, iets zwaarder en dan met iets meer
bogt-zijn. In dat geval zou men zonder bezwaar in....”
|
|
3 |
|
“...het onnoodig te maken ze hier
te herhalen.
Is de aanschaffing van het wapen te kostbaar, en daar
het spoediger beschadigt, als het niet met de meeste om-
zigtigheid behandeld wordt, welligt ongeschikt om in het
algemeen verstrekt te worden aan de manschappen, met
pistolen gewapend in de batterij van een schip, zoo zou het
naar mijn gevoelen toch reeds eene nuttige en groote ver-
betering zijn, als men een zeker getal van die snel wer-
kende en zeer juist treffende pistolen , naar mate van het
charter van het schip, beschikbaar had, om die bij entering,
landingen of wat dies meer zij, aan de geschiktste man-
schappen uit te reiken. Aan den konstabel of mariniers
konde het onderhoud dan opgedragen worden.
Konden er in de verstrekking der revolver - pistolen,
zoo ais die nu plaats heeft bij officieren, nog een paar wij-
zigingen gemaakt worden, zoo zou dit, naar ik bescheiden
vermeen, wenschelijk zijn. Zij worden aan boord ont-
vangen in kistjes, en de ammunitie afzonderlijk. Koppels,
waarin...”
|
|