1 |
|
“...volgens '.
den staat een batig saldo op van 7.366.98
Bij eene goede administratie, gelijk de heer
Henriquez ongetwijfeld zal beweren gevoerd te
hebben, mocht zulk een bedrag niet dood in de kas
blijven, terwijl men verplicht was, aan derden inte-
rest te betalen. Wij moeten dus veronderstellen
dat die som aan crediteuren zal zijn betaald gewor-
den. f 7366,98 a 5i percent geeft ons 405.17. Dit
bedrag 7366.98, over het jaar 1879 meer ontvan-
gen dan uitgegeven, kon dus vr, maar laat ons
zeggen op Primo Januari 1880 aan de crediteuren
des boedels in mindering betaald zijn, en daardoor
verminderde de interest, die over het jaar 1879
3800.88 bedroeg, over het jaar 1880 met 405.17
en werd dus 3395.71. Men brengt ons in reke-
ning f 4029.33, dus/633.62 te veel.
In 1880 waren de ontvangsten:...”
|
|