1 |
|
“...alsof wij het afkeuren of bejammeren, dat de zwarten
hunne onafhankelijkheid verkregen als een gevolg van de
menschlievendheid der blanken, is zeker geen ware voor-
stelling onzer denkbeelden.
Wij zeiden zooeven, dat -wij reden hebben om dank-
baar te zijn dat de emancipatie tot stand kwam niet als
een gevolg van noodzakelijkheid, doch als een uitvloei-
sel van den christenzin en een gevoel van menschelijk-
heid van den blanke, aan het hoofd van welke bewe-
ging in ons land zich onze Koning plaatste. Daarom
liegt de gedenksteen aan den ingang van het fort
Amsterdam geplaatst, ter herinnering aan het 25-jarig
jubileum der afschaffing der slavernij dan ook niet.
Zeer zeker was het een dankbaar volk — blanken zoo-
wel als zwarten, want beiden hadden reden tot dank-
baarheid — dat hulde bracht aan een edel en goed...”
|
|