Your search within this document for 'karakter' resulted in one matching pages.
1

“...59 Van leiders, gelijk zij moesten zijn, werden zij lijders. Bij de vele goede hoedanigheden, die wij den Curagaonaar naar billijkheid moeten toekennen, is er een zwak punt in hun karakter dat veel goeds tegenhoudt en in den weg staat; men meent kennis te hebben van alles, het regt te hebben over alles het hoogste woord te voeren. Zij die nooit van pathologie gehoord hebben, matigen zich een oordeel aan over de geneeskundige behandeling door een arts, in de beoefening der wetenschap grijs geworden, een oordeel niet alleen, maar zelfs eene veroordeeling, opgevolgd door voorschriften, die tegen de gezonde rede aandruischen. Iemand die nooit een wetboek heeft in handen gehad, het verschil tusschen eene crimineele en commercieele — ja, wij schrijven goed, commercieele, niet correc- tioneele — zaak niet kent, waagt het over de meest ingewikkelde regtskwestie zijn gevoelen te zeggen met een aplomb, alsof men Cicero in eigen persoon was. Zoo is het op elk terrein, zoo was het ook met betrekking...”