1 |
 |
“...van het jaar 1871 werd door den heer
John Godden op het onbewoond eilandje Klein-Curagao
phosphorzure kalk ontdekt. Tot dien tijd was deze stof
voor de bewoners van Curasao, Bonaire en Aruba iets
geheel onbekends. Op de Bovenwindseilanden St. Martin,
St. Eustatius en Saba schijnt dit niet het geval geweest
te zijn. Die eilanden in de onmiddellijke nabijheid van
Sombrero gelegen, van waar gedurende verscheidene jaren
eene groote hoeveelheid van die zelfstandigheid werd uit-
gevoerd, waren aldus in de gelegenheid die stof te leeren
kennen en herhaaldelijk werden er dan ook pogingen in
het werk gesteld om aldaar phosphorzure kalklagen te
ontdekken. Ofschoon nu en dan wel met veel ophef van
gedane ontdekkingen, die miljoenen schats voorspelden,
gewaagd werd, de uitkomst is nihil geweest.
Op de eilanden Curasao, Bonaire en Aruba was, gelijk
gezegd is, de zelfstandigheid ten eenemale onbekend,
zelfs zóó dat men na ontdekking en aanvang van bewerking
van Klein-Guragao voortging ze guano te noemen...”
|
|
2 |
 |
“...te stellen of
te doen instellen; er heerschte gedurende eenigen tijd op
Curasao, Bonaire en Aruba een wezenlijke guanokoorts,
die eerst, nadat men tot de overtuiging was gekomen zich
in zijne verwachtingen bedrogen te hebben, allengs be-
daarde. In den tijd dat de koorts op haar hevigst was,
werden door menig grondeigenaar, niettegenstaande de
buitensporigste verwachtingen die men algemeen koesterde,
met den heer Godden kontrakten gesloten, waarbij die
eigenaren ook slechts ƒ2,50 per uitgevoerd wordende ton
bedongen, en toen kende men reeds in zekere mate de
voordeelen door den heer Godden behaald, en had het
onderzoek naar de stof slechts over eene betrekkelijk
kleine uitgestrektheid gronds te geschieden. Een Gouver-
nement moet zich tevreden stellen even goede voorwaar-
den als particulieren te bedingen; zelden gebeurt dit,
vooral dan niet, wanneer het Gouvernement de baanbreker is.
Op Curasao en Bonaire leidden de onderzoekingen tot
geen resultaat. Op Aruba was het anders. In het jaar...”
|
|
3 |
 |
“...vrije goud-
delving, het ophouden van de werkzaamheden der Gold
Mining Company hebben dien armen Arubianen alle middelen
van bestaan ontnomen.
Toen wij in het begin van 4874 op dat eiland waren,
werd er bepaald honger geleden. Met welk een blijdschap
werd toen niet door de ongelukkige van werk verstoken
arbeiders de tijding vernomen, dat op Serro Colorado door den
heer Godden de werkzaamheden aan de phosphor zure
kalklaag zouden worden aangevangen. Zij hadden van
hunne broeders van Curasao en Bonaire vernomen,
dat de heer Godden goed werk met hoog loon en goede
voeding betaalde, en zij zouden daarin thans ook deelen.
Vijftig arbeiders waren er voorloopig slechts noodig, daar
zoolang de gereedschappen en verdere benoodigdheden
niet waren aangekomen, er niet meer geplaatst konden...”
|
|
4 |
 |
“...en
Curasao de guanokoorts weer opwekten: zij sloeg tot
guanomanie over. Een ieder droomde dat de schatten
van Croesus de zijne waren; Peru was niets in vergelij-
king met het dorre en kale Curasao! Ook Bonaire was
aangestoken. Maatschappijen werden in het leven geroepen;
geologen, chemisten, ingenieurs, — aardkundigen, schei-
kundigen, bouwkundigen, — ontboden; laboratoriums
opgerigt; mijngereedschappen ingevoerd; de gouden eeuw
was aangebroken!
Om den lezer een denkbeeld te geven van de verwach-
tingen , die men toen op Curasao koesterde, laten wij hier
eene vertaling volgen van eene correspondentie uit Curasao
voorkomende in de St. Thomas. Tidende (een op het Deensch
eiland St. Thomas verschijnend nieuwsblad) van den 6en
Februarij 1876:
«Het jaar is voor de eilanden Curasao en Bonaire zeer
voordeelig begonnen, wat de ontwikkeling hunner natuur-
lijke hulpbronnen aangaat, daar er voor rekening van
Europeesche huizen kontrakten gesloten zijn voor den
jaarlijkschen uitvoer van meer dan dertig...”
|
|
5 |
 |
“...17
heeft Dr. Wendel (een Duitsch geoloog en chemist) een
onmetelijke laag phosphorzure kalk van 60 tot 88 percent
ontdekt, terwijl Dr. Way (een Engelsch chemist) en een
mijn-ingenieur van Freiburg, de heer Graff, eiken dag
grootere en grootere lagen ontdekken op de gronden die
de heeren Maal gekocht hebben. Op Bonaire heeft de heer
Fock van Goppenaal (dr. in de natuurkunde) den Euro-
peeschen kontraktant meer dan eene maand op een inspectie-
reis over de gronden van de heeren Hellmund, Jesurun
en Boom vergezeld. Dr. Goppenaal verzekert, dat de aan-
wezige hoeveelheid wel 10 miljoen ton te boven gaat en
het groot aantal ontledingen, zoowel kwantitatieve als
kwalitatieve door hem gedurende de laatste zes maanden
verrigt (zegge 2006) nagaande, schijnt de kwaliteit uitne-
mend geschikt ter bereiding van superphosphorzuur.»
Aldus in het begin van 1876! Wij naderen thans 1880,
wat is van al die verwachtingen geworden? Zij zijn allen,
allen in rook vervlogen, alleen de onderneming van den
heer...”
|
|
6 |
 |
“...toestemming van het Gouverne-
ment, niet zou kunnen geschieden, daar niemand, met wiens toestem-
ming dan ook, meer regt aan anderen kan overdragen, dan hy zelf
heeft, en er van eene verkryging van den vollen en vryen eigendom
by afstand van gronden in Concessie, zooals die in deze Kolonie
steeds is begrepen, geen sprake is Dit blykt duidelyk uit art. 7
van het Reglement van Administratie en Bestuur op het eiland
Aruba van den 30 January 1824, P. B No. 67, uit art. 10 van der-
gelyk reglpment voor Bonaire van dezelfde dagteekening P. B. No.
66, uit de art. 1 § 1 en 3 § 1 der straks genoemde Verordening van
1867, en uit de zoogenoemde grondbrieven, welke uitgereikt worden
aan hen, die gronden in Concessie bekomen, in verband met de be-
palingen der daarin aangehaalde beschikkingen van het Koloniaal
Bestuur.
Maar diezelfde grondbrieven in verband met deze bepalingen too-*
nen tevens aan, dat er met den afstand in Concessie zoo al geen volle
en vrye dan toch een beperkte en voorwaardelijke eigen...”
|
|
7 |
 |
“...betrekking heeft op de gron-
den vóór dien tijd precair bezeten. Wij schrijven een
concessiebrief van het jaar 1865 af om aan te toonen dat
toen nog met den afstand in concessie afstand in eigendom
bedoeld werd.
No. 794.
De Gouverneur van Guragao en onderhoorigheden.
Allen den genen, die deze zullen zien, doen te weten:
Dat krachtens de by missive van Zyne Excellentie den Heer
Minister van Koloniën dd. 14 December 1843 L\ B. N°. 13 aan
den Gezaghebber dezer Kolonie verleende magtiging om op Guragao,
Bonaire en Aruba, tot ontwikkeling van landbouwkundige ondlerne~
mingen, gronden af te staan, aan en ten voordeele van:
Philip Christiaans
in allodialen eigendom enbezit wordt overgedragen, onder
uitdrukkelijk voorbehoud op de mynen, welke onder den grond mogten
worden bevonden, overeenkomstig met de in het Moederland bestaande
wetten en onder de voorwaarden verder vermeld in de beschikking
van dit Bestuur in dato 3 February 1865, No. 14.
Een stuk gronds, hetwelk voeren zal den naam van Scherpenheuvel...”
|
|