1 |
|
“...53
de laagst gelegen deelen eveneens zoo goed als
uitsluitend voor de veeteelt, b.v. Westergoo bezuiden de
lijn Harlingen—Leeuwarden, de Centrale weidestreek
van Hunzingoo (van Groningen tot Winsum), het Kamper
eiland, een groot deel van West-Friesland (aan
weerszijden van de Streek), deelen der Zuidhollandsche
en Zeeuwsche eilanden (IJselmonde, Schouwen).
Ook kan op de oude zeeklei der droogmakerijen,
die nog met windmolens worden bemalen, alleen veeteelt
worden gedreven, b.v. in de Schermer.
Door het laagveen kan men in Nederland drie veeteeltgebieden
onderscheiden: a. het laagveengebied van Holland en Utrecht; b. het
laagveengebied van Friesland en Overijsel (van de lijn Harlingen—
Dokkum tot ZwoUe); een smalle kuststrook langs de Zuiderzee verbindt dit
gebied met de Eem-delta; c. het Lage land in de provincie Groningen,
zuidwaarts met het moerasveen langs de rivieren, noordwaarts met de zeeklei
in den ouden benedenloop der Hunze.
Het grasland beslaat in Nederland bijna twee vijfden...”
|
|
2 |
|
“...195
K.
kaasmarkten 58.
kabels in Ned-Indië 177.
kaïniet 8.
kaïns 16.
Kajeli 153.
ka]oepoetih-olie 153.
kalapa 70, 126.
Ealenga 111.
Kalianget 163.
Kalidjati 178.
kalizouten 33, 45.
kalkbranderijen 27.
kalksalpeter 45.
kalksteen 99.
kamferboomen 104
Kamper eiland 53.
kampongthee 127, 148.
kanalisatie v. d. Maas 10.
kananga-olie 153.
kanariezaad 46, 47.
Kandang haoer 120.
kaneel 152.
kapitaal 74, 138.
Kapoeas 163.
kapokboomen 125, 126,
163.
karbouwen 123, 128.
kartels 75.
karwjjzaad 47.
kati 165.
katoen 13,15,153,183,187.
Katoenbeurs 16.
katoenindustrie 15.
katoenzaad 70.
Kawah Bodas 161.
kedelé 127, 153.
Kelten 5.
Kennemerland 39.
kenteringen 100, 101.
TKerintji 115,124, A en V.
kern dorpers 119.
kerosine 155, 156.
kersen 40, 41.
Kessler 155.
Kesteren 40.
ketella 125.
keukenzout 33.
kina 72, 150.
kinine 150.
Kisar 115.
Kisaran 14, 3, 163.
Klatèn 144.
Klazienaveen 23.
kleedingstoffen, invoer
N.-I., 124.
kleingrondbezit 123.
klimaat v. Ned -Indië 99.
Klings 111.
klontongs 110.
knolgewassen...”
|
|