1 |
|
“...hetzy over een gedeelte daarvan
dan kan die staking worden bevolen door een van hen, die tot de
uitoefening van het toezicht zijn aangewezen.
Uitvloeisels der spoorwegwet van 1875 zijn ) de Kon. besluiten van
1) Ingevolge art. 27 der wet worden bij algemeenen maatregel van
bestuur geregeld: de dienst op de stations; het toezicht over de baan en
de bediening der seinen; de inrichting van en het toezicht over de loco-
motieven, tenders, rijtuigen en wagens; de samenstelling der treinen; de
snelheid waarmede de treinen zijn te vervoeren; het getal beambten en
bedienden op eiken trein noodig; hetgeen in het belang der orde op eiken
trein is in acht te nemen; de voorwaarden voor het vervoer van reizigers...”
|
|
2 |
|
“...Commissie op dit gebied nog zal
moeten worden gedaan.
Zij drong dan aan op:
1. Uitbreiding van de Arbeidswet *).
2. Wijziging der wet van 28 Mei 1869 (Stbl. n. 97) regelende
het toezicht op het gebruik van stoomtoestellen 1 2 3).
3. Vaststelling van voorschriften in het belang van de veiligheid,
gezondheid en het welzijn der werklieden in fabrieken en
werkplaatsen 8).
4. Regeling der diensttijden van beambten en werklieden in de
stations, loodsen, stallen en remises, op den weg en op de
wagens en treinen van alle ondernemingen van vervoer, die met
concessie van het openbaar gezag een spoorbaan berijden 4 * *).
1) Zie boven onder Arbeidswet.
2) Zie voor de wet van 15 April 1896, Stbl. n. 69, bladz. 607.
3) Zie voor de Veiligheidswet beneden bladz. 635v.
4) Aanvankelijk waren regels betreffende de dienst- en rusttijden van de
beambten en bedienden der spoorwegdiensten, belast met de uitoefening
van den dienst of met de zorg voor het veilig verkeer, alleen opgenomen
in art. 113 van het Algemeen...”
|
|