1 |
 |
“...om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behouden
of te koop aan te bieden. ,, vr.T 1897 en 5 Dec. 1898
vorr
tot venten of te koop aanbieden van waren zonder verlof van den burge
mDetetooneelcensuur wordt niet geacht onder bet voorschrift van artikel 7
te vallen. Zie art. 188 der Gemeentewet.
^ Sve^oSg^enmen door middel van de drukpers een straf baar
stuk^oirmiddel van de drukpers beeft doen vermenigvuldigen. Aan den
stuk door ma Wetboek van Strafrecht) zelfs een waar-
ZZ i de dader bekend i, e< op
borg, j 'Ufcino-nne* bekend wordt gemaakt en evenzoo
eerste aanmaning na den recbtsmgang , i_h- w stuk eedrukt...”
|
|
2 |
 |
“...krachtens de wet of de verordening gestelde
op de drukpersdelicten teruggekomen en heeft er afzonderlijke strafbare
feiten van gemaakt, indien iemand eenig geschrift of eenige afbeelding
van strafbaren aard nitgeeft (resp. drukt), voor t geval 1. de dader (resp.
persoon op wiens last het stuk gedrukt is) noch bekend is, noch op de
eerste aanmaning na den rechtsingang is bekend gemaakt; 2. de uitgever
(resp. drukker) wist of moest verwachten, dat de dader (resp. persoon op
wiens last het stuk gedrukt is) op het tijdstip der uitgave strafrechtelijk
niet vervolgbaar of buiten het rijk in Europa gevestigd zou zijn.
Hierdoor wordt een soort censuur van uitgever en drukker in het leven
geroepen, want, terwijl volgens de artt. 63 en 54 ingeval de dader niet
bekend wordt gemaakt toch de medeplichtigheid aan het strafbaar feit nog
bewezen moet worden, is in hetzelfde geval volgens de artt. 418 en 419
het delict reeds voorhanden.
1) Mr. J. T. Buys. De Grondwet. Deel I, bladz. 61....”
|
|