1 |
![](https://dcdp.uoc.cw/content/AA/00/00/05/18/00001/NL-0200050000_UBL10_00716_0033thm.jpg) |
“...21
Op de meeste eilanden dringt het regenwater door in den „zerklüfteten”
bodem, vindt daar een ondoordringbare steenlaag, en moet dan wel
in gesloten ketelvormige holen, grondwater-réservoirs vormen. Langs
de Noordkust van Curacao, vooral bij San Pedro en Hato; bij Gato
op Bonaire, en wellicht op vele andere plaatsen die de Commissie op
de terreinen zonder veel moeite kon opzoeken, vindt men waarschijnlijk
dusdanige water-bewaarplaatsen, die dank zij de geringe verdamping gedu-
rende langen tijd het opgevangen water behouden, waarvan men de
hoeveelheid kunstmatig kon vermeerderen, en die dus van veel nut
kunnen zijn.
Op deze wijze verschafte een particulier, koopvaardij-kapitein Smith,
reeds drinkwater aan de hoofdplaats Willemstad. Door het graven van
een 5 tal putten tot 50 meter beneden den zeespiegel, kon hij door
óppompen met wind- of stoommolens vrij goed drinkwater onder be-
hoorlijken druk aan de inwoners verschaffen. Gevaar voor uitputting
dezer voorraden blijft echter bestaan...”
|
|