Your search within this document for 'sanskrit' resulted in nine matching pages.
1

“...den Indischen Archipel en verder naar Polynesië. In dien tijd moet de Indische Archipel derhalve aan de bewoners van het vasteland bekend geweest of bekend geworden zijn. Misschien woonden er ook vóór dien tjjd reeds stammen op de eilanden, waarschijnlijk eveneens van Aziatische afkomst, waaromtrent wij echter geen bijzonders weten. Historische stukken vermelden ons niets betreffende dien tijd. De eerste melding, die van de eilanden in den Indischen Archipel gemaakt is, wordt gevonden in de Sanskrit-litteratuur van het begin onzer jaartelling. In het bekende gedicht de Ramajana is, gelijk Keen heeft aangetoond, sprake van Jawa dwïpa, een naam, die waarschijnlijk giersteiland beteekent en waarmede het eiland Java, misschien met Sumatra, wordt aangeduid. De Hindoes toch, die deze eilanden het vroegst bezochten, zullen vermoe- delijk eerst Sumatra hebben leeren kennen, daarna Java en pas later tot de ontdekking zijn gekomen, dat deze eilanden gescheiden zijn. Het eerst wordt daarna weder ...”
2

“...Raffles. Vervolgens noemen wij Wilhelm von Humboldt, wiens werk: „ Uéber die Kawv- sprache auf eter Insèl Java (1836—40, 3 deelen), na zijn dood door J. K. Eduard Buschmann werd uitgegeven. Het werk van Von Humboldt heeft echter geen grooten invloed uitgeoefend op de kennis van het Kawi. Het derde gedeelte van zijn boek handelt in den ruimsten zin over de Maleisch-Polynesische talen. Verdienstelijk maakte zich in dit opzicht de Duitscher Friederich. In Duitschland had deze zich reeds op het Sanskrit toegelegd, en dewijl hij geen andere kans zag om in Indië te komen, ten einde daar de talen te bestudeeren, nam hij als gewoon soldaat diehst, en arbeidde als zoodanig reeds ijverig voor zijn doel. Vooral door zjjn verblijf op Bali, dat toen en nog lang daarna de geschiktste plaats was, om het oud-Javaansch te beoefenen, kon zijn arbeid...”
3

“...Wiwaha” d. i. Ardjoena’s bruiloft. In de aanteekeningen werden een schat van wetenschappelijke opmerkingen over het Oud-Javaansch gegeven. Onder Kern’s leiding en invloed werd die studie voortgezet. Dr. J. C. G. Jonker, een zijner leerlingen, gaf in 1885 uit: „Een oud-Javaansch wetboek, vergeleken met Indische rechtsbronnen”, en een ander oud-leerling, Dr. H. H. Juynboll, gaf in 1893 uit: „Brie boeken van het Oud-Javaansche Mahabarata in Kawirtékst en Neder- landsche vertaling, vergeleken met de Sanskrit-tekst.” A. B. Cohen Stuart gaf uit „Kawir oorkonden!’ in fac-simile” 1875; Dr. J. Brandes, de geleerde, aan wien de Indische regeering meer bepaald opdroeg de Kawi-taal te beoefenen, gaf uit: „Pararaton” (Yerh. Bat. Gen. XLIX 1® stuk). Dr. Neubronner Yan der Tuuk hield zich hoofdzakelijk bezig met de bewerking van het Kam- Balineesch-Nederlandsch woordenboek, dat meer bouwstoffen levert dan een eigenlijk woordenboek. Hoewel de zetel der Nederl. regeering van den aanvang af gevestigd was in de...”
4

“...293 tot een natie heeft ontwikkeld, en heeft daardoor een groote beteekenis voor de historie der taalkennis. De oudste taal in dit gebied was het Oud-Javaanseh. Het Oud-Javaansch ver- vult in de Maleisch-Polynesische taalgroep een nog belangrijker rol dan het Sanskrit in de Indo-germaansche taalfamilie, om- dat het onder die talen de eenige is, waarvan men een ouderen toestand kent. Onder Oud-Javaansch verstaat men de taal, die tot onge- veer de 15de eeuw op bijna geheel Java, het Westelijk deel uitgezonderd, gesproken en geschreven werd, en die dus de moedertaal is van het tegenwoordig Javaansch. Het wordt dik- wijls aangeduid met den naam Kawi (een Sanskritwoord het- welk dichter beteekent), dat evenwel niet beduidt, alsof deze taal alleen in oude gedichten zou gebruikt zijn, want ook de oude oorkonden en prozageschriften werden in dezelfde taal geschreven. Het Oud-Javaansch verschilt meer van het heden- daagsche dan het Middel-Nederlandsch van de taal, die wij spreken. Een gewone Javaan...”
5

“...296 graad van bloedverwantschap of rang het gebruik van een andere woordsoort eischt. Dr. Brandes noemt het Kromo, dat ook de schrijftaal is, in tegenstelling van het door en door gezonde Ngoko, een uitwas op den eigenlijken stam der Javaansche taal. Het Kromo werd wel eens beschouwd als meer met het Sanskrit in verband te staan, doch dat vermoeden bleek onjuist; het is een taal-maakwerk, dat eerst langzamerhand den om- vang heeft verkregen, dien het thans heeft, voornamelijk als gevolg van het streven om standsverschil te doen uitkomen. Naast deze beide woordgroepen onderscheidt men in het Javaansch nog het Madja, meest een vermenging van Kromo en Ngoko; de Basa Kedaton of hoftaal, het Kromo-inggil, een 300 tal woorden, die men gebruikt, onverschillig in Kromo of Ngoko, als men spreekt over den persoon van God of over een hoog geplaatst iemand en over hetgeen op hem betrekking heeft, als huis, kleeding, hand, hart enz. De oorsprong van dit verschillend gebruik der woordsoorten, hetwelk...”
6

“...Makassaarsche en Boegi- neesche taalgebruik, om van andere niet te gewagen. ) Het eigenlijk Bimaneesch .wordt gesproken in de rijken van Bima en Dompo, en naar gezegd wordt zonder aanzienlijk dialekt-verschil, hoewel er plaatselijke eigenaardigheden in uit- spraak en woordgebruik bestaan. Alleen in Kolo en Tolo-Wen verschilt de taal merkelijk van die in het overige gedeelte van het land. De woordenschat van het Bimaneesch is met die van andere talen, als Makassaarsch, Arabisch, Maleisch en het Sanskrit door middel van andere talen, vermeerderd; van Javaanschen invloed is er zoo goed als niets waar te nemen. Het Maleisch geldt echter op Bima en Dompo als officieele taal. De grootste verwantschap ver- toont het Bimaneesch met het Soemba’sch, zoowel in woordenschat 1) Tijdschr. v. Ned. Ind. 1898....”
7

“...stonden. Daardoor vindt mén op onder- scheidene eilanden en bij verschillende stammen sporen van Indischen invloed. Enkele voorbeelden slechts. Volgens een Chineesche ge- tuigenis bedienden de Sumatranen in de 10de eeuw zich van het Indische letterschrift. De juistheid van dit bericht is buiten twijfel, zegt Kern, want alle Sumatraansche alphabets, be- halve natuurlijk het later aangenomen Arabische, zijn van In- dischen oorsprong. De Maleische en Bataksche taal op Sumatra hebben een tal van Sanskrit-woorden overgenomen; wel een bewijs er voor, dat de Hindoes op Sumatra, ook al werd het eiland nooit zoo sterk gehindoeïseerd als Java en Bali, toch grooten invloed hebben uitgeoefend. Hindoetempels worden behalve op Java en Bali alleen op Sumatra gevonden, en hieronder zijn de voor- naamste die van Pertibi in Padang lawas (resid. Tapanoeli); verder een ruïne aan den bovenloop der Kampar, in Deli bij Boetar. In Indragiri werden Hindoesche graven gevonden, boven Langkat in Palembang trof men...”
8

“...348 waarde aan deze preeken hechten als uitdrukking van de mee- ning des volks. Wnin De oud-Javaansche tijdrekening, die in de oude in den Archê gedenkstukken gevolgd wordt, heet de jaartelling pe1, van Adji Soko, den Hindoevorst, aan wien volgens de overlevering de invoering der godsdienstige en wettelijke orde op Java moet worden toegeschreven. De naam van dien vorst stemt opmerkelijk overeen met het Sanskrit Qaka, de al- gemeene naam voor een tijdrekening. De -oud-Javaansche tijd- rekening vangt aan 78 na Chr. Met de invoering van den IslSm onderging ook de tijd- rekening een wijziging, en werd de Mohammedaansche ingevoerd. De Arabieren rekenen bij maanjaren, die 12 maansom- loopen omvatten en dus 354 dagen tellen. Eigenlijk hebben de 12 maansomloopen in 354^§ dag plaats, en het ontbrekende aan de 354 dagen, dat in 30 jaren 11 dagen bedraagt, wordt ingehaald door schrikkeljaren. Tn een tijdperk van 30 jaren vallen 11 schrikkeljaren. Die maanjaren telde men eenvoudig voort na de invoering...”
9

“...378 men meer regelmatige straten en de huizen worden grooten- deels van steen gebouwd. Doch dit zijn voor niet-Europeesche nederzettingen uitzonderingen, en over deze handelen wij hier. Het inlandsche dorp draagt in de onderscheidene gedeelten van den Archipel naar de talen verschillende namen. Op Java spreekt men van desa (Ngoko, in het Kromo doesoen) in de Soendalanden van le mb o er. De naam desa, gewoonlijk als „dessa” door Europeanen uitgesproken, komt van ’t Sanskrit de