1 |
 |
“...i
tingen zijn toegepast, doch bijna steeds met negatief resul-
taat. Plantagehouders hebben met opoffering van veel kapi-
taal getracht bun bezittingen meer rendabel te maken, doch
tevergeefs. Als gevolg daarvan wordt de landbouw, meer spe-
ciaal de akkerbouw, thans nog op zeer primitieve wijze uit-
geoefend, en is er van verbetering, in vergelijking met vroe-
gere tijden, weinig te bemerken. De stelselmatige aanleg van
dammen, van Gouvernementswege, waarmede thans gelukkig
regelmatig wordt voortgegaan, beeft wel reeds verbetering
aangebracht, doch overigens is van een oordeelkundige be-
werking en bemesting van den grond door de plantage-eige-
naars en de klein-landbouwers nog geen sprake. Hier en daar
ziet men perceeltjes, die vóór bet zaaien van de mais bewerkt
zijn, doch bet zijn uitzonderingen. Een eenigszins regel-
matige bewerking van den grond, zooals b.v. op Aruba, ge-
durende den groei van bet gewas, komt niet voor. Aan verbe-
tering van dé inbeemscbe gewassen en ooftboomen wordt...”
|
|