1 |
|
“...komen, al zijn
zij de moeite waard.
Uit gesprekken met bestuursle-
den van sommige filmkringen en
uit menige convocatie is op te
maken, dat het verleden van de
filmkunst vaak een gesloten
boek is. „De leden” hebben er
geen oog voor en niet alle be-
stuurders zijn volhardend ge-
noeg om de dolenden en de aan-
bidders van goede publiekfilms
de weg te wijzen naar dat andere
rijk van de filmwereld, dat de
meesten van ons zó hoog zit, dat
wij ons dageglijks (misschien we-
kelijks) verbazen over de machi-
nale prullaria.
Doordat er te weinig interesse
bestaat bij „de massa der leden”
en doordat bestuursleden soms
te weinig bij hun leden aandrin-
gen op een diepere belangstel-
ling voor het wezen van de Film,
ook te weinig initiatief ontploo-
ien om zichzelf en anderen de
essentiële vergelijkende kennis
te verschaffen, zullen deze „mas-
sa’s der leden” nooit rijp worden
voor werken als ,Citizen Kane’
of ,Wonder van Milaan’, om het
bij deze exponen te laten.
Nooit zullen zij een gesprek kun-
nen...”
|
|