1 |
|
“...mede, wanneer zij, hetzij en
corps, hetzij bij Commisfien uit hun midden, ten Hove ver-
fchijnen, of, ambtshalve, openbare plegtigheden bij wonen, zal
zijn als volgt:
Zwarte onderkleeding, en zwart bovenkleed of fimare, geflo-
ten met eenen breeden nederhangenden gordel, een zwarte tab-
baard of toga met wijde mouwen, eene zwarte muts tot hoofd-
dekfel, en eene nederhangende geplooide bef van wit batist,
en zulks met de volgende onderfcheidingen:
Voor den Hoogen Raad, de fimare en gordel van zwarte zij-
de ; de toga mede van zwarte zjjde, met zwart fluweelen om-
flagen; de muts van zwart fluweel met een hermelijnen boord-
fel.
Voor den Prejident en den Procureur - Generaal, de omflagen
van den toga geboord met hermelijn.
De mutfen van de Subftituut - Griffiers zonder hermelijnen
boordfel....”
|
|
2 |
|
“...288 REGLEMENTEN op de ZAMENSTELLING
Voor de Provinciale Geregtshoven en voor de Criminele Regt-
bank in Holland, de fimare en gordel van zwarte zijde; de
toga van zwart grein, met omflagen van zwarte zijde; de muts
van zwart fluweel.
Voor de Prefidenten, de Procureurs - Generaal en den Officier
van de Criminele Regtbank in Holland, de fluweelen muts met
een zwarte zijden geborduurden rand; de muts van de Subfti-
tuut - Griffiers, van zwarte zijde.
Voor de Arrondisfements - regtbanken, de fimare en toga van
zwart grein, de laatfte met omflagen van zwarte zijde, de gor-
del en de muts mede van zwarte zijde.
Voor den Prejident en den Officier van Justitie, de muts om-
zet met een fluweelen rand , en voor de Subftituut-Griffiers, de
muts van zwart grein.
De fimare, de toga en de gordel, alsmede de muts der Kan-
tonregters en van hunne Griffiers, Zijn van zwart grein, de gor-
del van zwarte zijde.
Alles volgens daarvan te maken modellen.
Art. 3. Individueel ten Hove verfchijnende of openbare...”
|
|
3 |
|
“...REGTERLIJKE MAGT enz. 289
Voor de Kantonregters en hunne Griffiers, alleen de kraag en
opflagen der mouwen geborduurd, ter breedte van vier duimen.
Het borduurfel der Subflituut - Griffiers zal hetzelfde zijn als
dat der Collegien, waartoe zij bebooren, doch Hechts ter halve
breedte.
Alles volgens daarvan te maken modellen.
Art. 4. Het costuum der Advocaten en Procureurs op de te-
regtzittingen en bij hunne eedsaflegging zal zijn als volgt:
Voor eerstgenoemden, eene zwarte onderkleeding, geflotene
toga van zwart grein met wijde mouwen; eene muts van de.
zelfde flof en eene nederhangende bef van wit batist.
Voor de Procureurs hetzelfde costuum, doch zonder bef.
Art. 5. De Deurwaarders zijn bij de teregtzittingen in het
zwart gekleed; zij dragen bij dezelve, alsmede bij de uitoefe-
ning hunner andere ambtsverrigtingen, om den hals een zilveren
penning met ’sRijks wapen, aan een oranjelint.
Goedgekeurd bij het Koninklijk befluit van den i4den Sep-
tember 1838 (Staatsblad n°. 36).
Mij bekend,
De...”
|
|