1 |
 |
“...daarna, binnen gaats mogen;komen, ten zij met eene la-
ding van ten minde 18 lasten in zee opgepakten haring; inge-
val hieromtrent twijfeling mogt ontdaan, zal de Stuurman den
tijd van het tehuiszeilen en aankomen, benevens de hoegroót.
heid der vangst (des vereischt wordende]), met eeden moeten
bevestigen. • ..
Art. 48.'
Onverminderd de verpligting der Stuurlieden, om hunnen ge-
vangen haring binnen dit Koningrijk aan te. brengen , ingevolge
art. 20 der Wet van den I2den Maart 1818, op de p beha! it ei-
ten daarbij bepaald, zullen zij denzelven ook nergens anders
mogen inbrengen én uit- of oplosfen, dan binnen deze Provin-
cie, op plaatfen, alwaar die gekeurd en gebrand kan worden,
Art. 4g.
Alvorens te losfen, zullen de Stuurlieden, telken reize bij
hunne aankomst, bij eenen daartoe door het Collegie voor de
gróotè visfcherij gemagtigden perfoon, naauwkeurig en op den
eenmaal afgelegden eed, aatigifte moeten doen van al hunnen
gevangen en aangebragten haring, en zutks over de hoeveelheid...”
|
|