Your search within this document for 'spil' resulted in 13 matching pages.
1

“...VERKLARING VAN BOTANISCHE KUNSTTERMEN. Aar, bloeiwijze van zittende, zijdelingsche bloemen langs een gemeen- schappelijke spil. Aartje, bloeiwijze, die voorkomt bij de grassen en bestaat uit een aantal bloemen zonder bloembekleedselen, welke geplaatst zijn in de oksels van kroon- en kelkkafjes. Aardorchideeën, in den grond wortelende Orchideae, die, in tegenstelling met de meeste tropische Orchideae, niet op boomen groeien. Afgebroken veervormig samengesteld, veervormig samengesteld met blaadjesparen, die afwisselend grooter en kleiner zijn. Afgerond, b.v. wanneer een - top spits is en plotseling een rond uiteinde bezit. Algemeene bloembodem, de verbreede as van de bloeiwijze waarop, zooals bij de Compositae, een groot aantal ongesteelde bloemen geplaatst zijn. Androphoor, een verlengd, steelvormig orgaan binnen de bloembekleedselen, waarop de meeldraden geplaatst zijn. Areolen, de plaatsen, waarop bij de Cactaceae de stekels tot bundels ver- eenigd zijn. As, middeldeel, in tegenstelling...”
2

“...XII over een kortere of langere streek omvat, en uit welks top de blad- steel of bladschijf, zoo aanwezig, ontspringt. Bladschijf, bovenste, vlak uitgespreide • gedeelte van het blad, in onderschei- ding van bladsteel en bladscheede, waar deze of een van beide aan wezig zijn. Bladsteel, het smalle, eenigszins stengelachtige gedeelte van een blad onder de bladschijf. Bloeikolf, vereeniging van zittende, zijdelingsche bloemen rondom een vleezige spil. Bloeiwijze, een geheel van bloemen, op een of meer, met elkander verban- den assen, die tusschen de bloemen óf geen, óf van de gewone stengel- bladen door vorm, kleur of grootte duidelijk onderscheiden bladorganen (schutbladen) dragen. Bloembekleedselen, een samenvattende naam voor kelk-, bloemkroon- en bloemdekbladen. Bloembodem, as der bloem, waaruit de kelkbladen, bloembladen, meel- draden en stampers ontspringen. Bloemdek, bloembekleedselen, die niet of niet duidelijk te onderscheiden zijn in kelk en bloemkroonbladen. Bloemhoofdje, bloeiwijze...”
3

“...bestaande uit aan elkander klevend stuifmeel. Randstekels, stekels, die in een groep van stekels duidelijk radiair ge plaatst zijn. Rank, draadvormig aanhangsel van blad of stengel of bladsteel, waarmede de planten zich kunnen vasthechten. Ribben, overlangsche verhevenheden. Rozet, schijnkrans. Ruggelings afgeplat, b. v. van aartjes, die met de breede, afgeplatte zijde tegen de spil aangedrukt zijn. Ruitvormig, begrensd door vier gelijke, rechte lijnen, die elkander aan den top en den voet van het deel met gelijke scherpe hoeken snijden. Samengesteld blad, blad, waarvan de schijf tot aan de middennerf (blad- spil) of tot aan den top van den bladsteel (gemeenschappelijken bladsteel) in geheel van elkander gescheiden blaadjes is verdeeld. Scheeve voet, voet met zeer ongelijke helften. Scherm, bloeiwijze van gesteelde bloemen op den top van een gemeen- schappelijke as; indien deze assen zelf weder op den top van een gemeenschappelijke as zijn ingeplant, is het bloemscherm samengesteld en o...”
4

“...uitgespreid staan. Steunblaadjes, bladachtige organen aan weerskanten van den voet van een bladsteel, soms met dien bladsteel vergroeid. Stuifmeel, fijn poeder, in de helmknoppen gevormd en dat, op den stempel opgevangen, de ontwikkeling der zaadknoppen in het vruchtbeginsel tot zaden veroorzaakt. Trompetvormig, bloemkroon met een vlakken zoom, loodrecht op een lange, dunne buis. Tros, bloei wijze bestaande uit zijdelingsche, ongeveer evenlang gesteelde bloemen rondom een gemeenschappelijke, verlengde spil. Tweebroederige meeldraden, meeldraden, waarvan de helmdraden in 2 bundels (waarvan één door een enkele meeldraad vertegenwoordigd kan zijn) vergroeid zijn. Tweehuizig, mannelijke en vrouwelijke bloemen niet op één plant voorkomend. Tweelippig, met een in 2 stukken verdeelden zoom, waarvan het ééne, boven- lip, naar de as toegekeerd, het andere .onderlip, van de as afgekeerd is. Uitgerand, aan de top met een ondiepe insnijding....”
5

“.................... 42g Kafjes wijd uit elkander geplaatst . . . Cyperus distans 131. Kafjes dicht opeen geplaatst.................................. Aartje^ roodachtig............................... ’ Aartjes geelbruin.......................Cyperus escülentus Bladen tot 1 cM. breed................Mariscus planifolius Bladen veel minder dan 1 cM. breed Bladen glad.............................Cyperus rotundus Bladen scherp .........................Mariscus bruneus Spil der aartjes in geledingen uiteen vallend Torulinium ferax Spil der aartjes niet in geledingen uiteenvallend .... De aartjes vallen in hun geheel af............ 418 437 422 419 420 152. 149. 421 149. 149. 136. 424 257. 267. 430 131. 131. 134. 429 132. 133. :■ 431 134. 431 435 ; 432 De twee onderste kafjes vallen niet af...............432 Aartjes een- tot tweebloemig..........Mariscus flavus 133. Aartjes meerbloemig........................................”
6

“...Bloeiwijzen aan de einden der takken, omgeven door bladen, die zeer grof gezaagd zijn. ..... Tumera pumilea 292. Bloemen in bladerlooze bloeiwijzen, die buiten de stengel- bladen uitsteken....................................^ j Bloemen niet in bladerlooze bloeiwijzen, die buiten de stengelbladen uitsteken...................... < Bladen tegenoverstaand ................................. Bladen niet tegenoverstaand...............aoa \ Bloemen zittend in de uitgeholde spil der bloeiwijze . . 686 Bloemen niet zittend in een uitgeholde spil der bloeiwijze 684 Bloemen in schijnkransen.......................* * * ^ Bloemen niet in schijnkransen . . . Bouchea Ehrenbergu 344. i Bovenlip van den kelk tot aan de basis van den kelk afloopend ...............Ocimum micrantnum 351. Bovenlip van din'kett niet iet aan d. v» de^jtoojgnd m 687 Bloemen niet blauw...................................... j Bloemen Mauw StachytarpMa jammamm 846. Bloemen 6 cM. lang geeteeld, In de ^ 3W. byeenstaand................ Bloemen...”
7

“...EERSTE LIJST. 57 807 Bloeiwyze zeer rijkbloemig; spil van de aar geheel ver- borgen; bladen tot meer dan 12 cM. lang gesteeld, uitsluitend wortelstandig .... Prescottia stachyoides 156 Bloeiwyze niet zeer rijkbloemig; spil van de aar duidelijk zichtbaar; bladen niet meer dan 12 cM. lang gesteeld 808 Bladen uitsluitend wortelstandig ; . . . Spiranthes data 155. Bladen niet uitsluitend wortelstandig..................... . 809* Sp°°r ,de ,UP cylindervormig, veel korter dan het vruchtbeginsel . . . . . . ... . Physurus hirtdlus 156. «i0rwn knotsvormig, meer dan half zoo groot als het vruchtbeginsel. . . . . Physurus plantagineus 156. Duidelyke bladscheede aanwezig .......................... 811 Geen bladscheede aanwezig . ............................. g., Bladen tegenoverstaand . . . Trianthema portulacastmm 187. Bladen niet tegenoverstaand .... gio BM» m«r d» 8 CM. lang ................Jformto Bladen veel mmder dan 8 cM. lang......................... 813 Schutblad onder de bloemen halfcirkelvormig...”
8

“...60 EERSTE lijst. 854 Bloemen geplaatst in onbebladerde trossen, waarvan de spil goed is waar te nemen..........................855 Bloemen niet in onbebladerde trossen, waarvan de spil goed is waar te nemen, geplaatst.......................857 855 Bloemsteel veel langer dan de schutblaadjes Rivina humilts 185. 856 857 858 859 860 861 862 863 864 865 866 867 868 869 870 Bloemsteel niet veel langer dan de schutblaadjes. . . . Vrucht gestekeld........................Microtea debilis Vrucht ongestekeld....................Villamilla octandra Bloeiwyze zeer dik; spil geheel verborgen . . . Celosia argentea Spil der bloeiwijze niet verborgen........................ Bloemen geplaatst in schermachtige bloeiwijzen aan het eind van de takken. . .......................... Bloemen in anders gevormde bloeiwijzen.................... Bloemen zittend.................... . Tournefortia bicolor Bloemen gestoeld................... • Clerodendron Thomsonae Bloemen aan korte zijloten geplaatst.................”
9

“...draadvormige steeltjes van 1 cM. en meer lengte geplaatst zijn; aartjes minder dan 0,1 cM. lang Panicum brevifolium 120 Aartjes niet op zulke lange, dunne steeltjes en steeds meer dan 0,1 cM. lang......................................... 9 Tusschen de aartjes duidelijke borstels; kafjes onbehaard Panicum reptans 121 Geen borstels tusschen de aartjes; kafjes behaard Panicum grossarium 120 Bloeiwijze samengesteld uit schijnaren met zittende aartjes ■ schijnaren dicht, zoodat de spil verborgen is............ 11 Spil der schijnaren duidelijk zichtbaar..................12 Kafjes behaard ........................Panicum colonum 120 Kafjes onbehaard................... Panicum geminatum 120 Bladen 0,3 cM. of minder breed...........................13 Bladen meer dan 0,5 cM. breed . .............14 Onder vele aartjes is één ver daar boven uitstekende borstel aanwezig.................. Panicum stenodes 122 Geen borstel onder de aartjes aanwezig Panicum hirticaule 121 Aartjes nooit meer dan 0,1 cM...”
10

“...^ ^ 3 Kafjes in 2 rijen geplaatst............................ 4. Kafjes in drie of meer rijen geplaatst............. 8 4 Twee stijlen . . ......................... ................. 5 Drie stijlen . . ...........................*. .* ' ' * g 5 Nootje van terzijde saamgedrukt..............56‘2. Kyllinga 135 Nootje aan de rugzijde saamgedrukt . . . 459*. Juncellus 132 6 Aartjes in éénbloemige stukjes uiteenvallend 459***. Torulinium 134 Aartjes niet in éénbloemige stukjes uiteen vallend .... 7 7 Spil der aartjes niet afvallend.............. 459. Cyperus 130 Aartjes boven de onderste twee kafjes afvallend 459**. Mariscus 132...”
11

“...Aardorchideeën..............,.............................. 2 Epiphyten . *...................,................. 6 2 Bloemen 0,4 cM. lang, op 1 cM. lange bloemstelen 1553. Microstylis 156 Bloemen veel meer dan 0,4 cM. lang, minder dan 1 cM. lang gesteeld............................................... 3 3 Bloemdekslippen 1,5 cM. of meer lang 1493. Stenorrhynchus 155 Bloemdekslippen veel minder dan 1,5 cM. lang................ 4 4 Bloeiwijze zeer rijkbloemig; spil van de aar geheel verborgen 1527. Prescottia 156 Bloeiwijze niet zeer rijkbloemig; spil van de aar duidelijk zichtbaar................................... 5 5 Bladen uitsluitend wortelstandig .... 1490. Spiranthes 155 Bladen niet uitsluitend wortelstandig . . . 1498. Physurus 155 6 Planten met kegelvormige, knolvormige stengeldeelen, die tot 25 cM. lang zijn.................. 1618. Schomburghia 158 Geen knolvormige stengeldeelen, die tot 25 cM. lang worden 7 7 Bladen opgerold .............................................. 8 Bladen niet ópgerold...”
12

“...Aruba, Bonaire; Kalaloe. 2328. Achyranthes L. Achy ran thes obtusifolia Lam. Kruidachtige plant met soms verhouten stengel, rechtopgroeiend; de tegenoverstaande bladen met eenigszins wigvormigen voet zijn aan den top rond met een heel klein puntje en zeer verschillend van grootte, tot 5,5'cM. breed; de bloemen zijn geplaatst m een eindelingsche aar, die gedurende den bloeitijd tot een meer dan 20 cM. lange bloeiwijze uitgroeit; na den bloei zijn de bloemen naar beneden gebogen, aangedrukt tegen de spil der bloeiwijze; het bloemdek en de schutbladen loopen zeer spits toe. St. Eustatius, Saba, St. Martin ; Man better man. Curasao....”
13

“...3735. Cracca Blaadjes even veervormig samengesteld . . 3747. Sesbania Stijl bovenaan geheel kaal, zelden onderaan behaard . . . Stijl aan den binnenkant van haren voorzien of rondom den stempel behaard . .................................. Eén meeldraad geheel vrij .............................. Alle meeldraden met elkander vergroeid. ................ Boomen . . . . .......... . ., . 3841. Andira Kruiden of heesters....................... Op de plaats van de aanhechting der bloemsteeltjes is de spil der bloei wij ze knoopig verdikt . . . 3882. Galactia Steel der bloeiwijze met knoopig verdikt................ Peul met scheef geplaatste insnoeringen.... 3892. Cajanus Peul niet met scheef geplaatste insnoeringen............ Eug van de vlag boven den nagel gespoord of van een uit- zakking voorzien.................... 3858. Centrosema Vlag zonder spoor of uitzakking .... 3866. Teramnus Bloemkroonbladen zeer ongelijk van grootte ............. Alle bloemkroonbladen gelijk van grootte..............”