Your search within this document for 'gris' resulted in 22 matching pages.
 
1

“...Blaadjes van de laatste orde niet tegelijkertijd lijnvormig en gekarteld........................................ * * ’ 49 Blaadjes wigvormig of ruitvormig, op zwarte, glimmende, dunne steeltjes ; de bladrand is over elk sporangiënhoopje afzonderlijk teruggeslagen.........Adiantum tenerum Blaadjes niet op zwarte, glimmende, dunne steeitjes geplaatst en de sporangiënhoopjes niet ieder door een stukje van den bladrand bedekt.................................. 50 Blaadjes aan den achterkant tePoede^gris mlorndano9 Blaadjes aan den achterkant niet bepoederd M Bladrand duidelijk gewimperd of blad aan den achterkant zeer duidelijk behaard ..............................’ Bladen kaal................................................”
2

“...lijnvormige, zittende bladen, die in een punt eindigen en 1,5 cM. lang en 0,3 cM. breed zijn; de sporangiën zijn 0,2 cM. breed. St. Eüstatius, Saba. Lycopodium verticillatum L. Kruipende of hangende plant met stengels, die geheel bezet zp met zeer dicht opeengeplaatste, draadvormige bladen, die tot 0,5 cM. lang zijn; de stengels hebben met de bladen een dikte van 0,3 cM.; de sporangiën zijn 0,1 cM. breed. Saba. Fam, XIV. Psilotaceae. 1. Fsilotum Sw. Psilotum triquetrum Sw., Syn. Psilotum nudum Gris. Plant geheel bestaande uit een langen, min of meer driekantigen stengel, die in het bovenste gedeelte zeer sterk dichotoom vertakt is en in de eindvertakkingen plat en eenigszins gevleugeld en daar veelal 0,1 cM. breed is; aan de laatste vertakkingen zijn driedeelige sporangiën geplaatst van 0,2 cM. middellijn; de geheele plant kan 30 — 100 cM. hoog worden. Saba. Fam. XV. Selaginellaceae. 1. Selaginella Spring. Planten met stengels, die dicht bezet zijn met bladen, welke duidelijk van twee v...”
3

“...Najadaceae. 64. Najas L. Najas guadalupensis Morong. Ondergedoken waterplant met dunne stengels en lijnvormige, getande- bladen, die 1,2-2,7 cM. lang zijnen 0,1-0,17cM. breed'”; de bladen zyn aan weerszoden voorzien van ± 40 kleine tanden en hebben een eenigszins stengelom vatten den voet; de bloemen zijn éénsiachtig en bestaan uit één stamper of één meeldraad, hebben geen bloem- bekleedselen en staan in de bladoksels. Curaqao. Fam. 15. Alïsmaceae. 75. Echinodorus Engelm. Echinodorus cordifolius Gris. Waterplant met langgesteelde, boven het water uitstekende, dikker hartvormige bladen, die 10 — 15 cM. lang en breed zijn; de bloemen zijn geplaatst in een zeer samengestelde, rijkbloemige, trosvormige bloeiwijze, die ver boven het water uitsteekt en hebben 3 kelk- achtige en 3 bloemkroonachtige bloemdekbladen, twaalf of meer meeldraden en een groot aantal éénhokkige vruchtbeginsels met één zaadknop; de vruchtbeginsels zijn op een kegelvormigen bloem- bodem ingeplant en bovenstandig. Curaqao....”
4

“...hebben geen vliezigen rand; de schijnaren zijn tot 0,3 cM. breed en tot 10 cM. lang; de bladen zijn bruinachtig, in t alge- meen 0,5 cM. breed. St. Eustatius, Saba, St. Martin. Curaqao, Aruba, Bonaire. 165. Isachne R. Br. De aartjes zijn geplaatst in pluimvormige bloei wij zen en zijn twee- bloemig; er zgn 2 kelkkafjes; de aartjes vallen boven de kelk- kafjes af. 1 Bladen meer dan 1 cM. breed .... Isachne arundinacea 118 Bladen veel minder dan 1 cM. breed .... Isachne rigens 118 Isachne arundinacea Gris. De bladen zgn in de onderste helft tot 2,5 cM. breed; de bloeiwgze is een zeer samengestelde pluim met aartjes van 0,1 cM. lengte, geplaatst op haardunne steeltjes. Saba. Isachne rigens Trin. Kruipend gras met zeer dicht opeengedrongen, eenigszins sikkel- vormig omgebogen bladen, die 1,5—3 cM. lang zijn, een zeer stevige middennerf en stevigen rand hebben, 0,2 cM. breed zgn en in een stekelpunt eindigen; de bloeiwjjze is een3-4cM.lange pluim met een klein aantal zijtakken; de aartjes zgn 0,2...”
5

“...GRAMIN3JAE. 122 Panicum stenodes Gris. De lange dunne bloeiwijzen vormen een pluim met slechts één schijnaar op eiken tand der hoofdspil; er zijn niet meer dan 3-5 schijnaren; bij de aartjes is dikwijls een lange, bruine borstel; de . bladen zijn tot 0,2 cM. breed. Curaqao, Bonaire. Panicum velutinosum Nees. De aartjes zijn geplaatst in een rijk vertakte, pluimvormige bloei- wijze, die uit schijnaren bestaat, welke in drie- of meertallige kransen geplaatst zijn; de aartjes zijn zittend; de bladen zijn 5 — 25 cM. lang; de kleur van de bloei wijze is geel-of zwartachtig of rood aangeloopen; tusschen de aartjes bevinden zich min of meer duidelijke, borstelvormige haren. Curaqao, Aruba, Bonaire: Maisji totaliéka. 167. Ichnanthus Beauv. Ichnanthus pallens Munro. Klimmende plant met bladen met duidelijk scheeven voet. De bladen zijn in de onderste helft breeder dan aan den top, 6-9 cM. lang pn 1—15 cM. breed; de bladen hebben een spits toeloopenden top en dè evenwijdig loopende nerven zijn duidelijk...”
6

“...De bloeiwijze beeft een on ver takte boofdas met zittende of kort gestoelde aartjes; de steel der aartjes is, zoo aanwezig, dicht bebaard; de aartjes zijn voorzien van kafnaalden en loopen uit in scherpe punten. ,v - 1 Aartjes ruim 0,5 cM. breed. . . . Bouteloua Humboldtiana 124 Aartjes 0,1 cM. breed................ Bouteloua aristidoides 124 Bouteloua aristidoides Gris. De bladen zijn 0,1 cM. breed; de bloeiwijze is naar één zijde gekeerd en bestaat uit tien of meer aartjes, die 0,1 cM. breed en tot 1,5 cM. lang zijn; de aartjes zijn geplaatst op dicbtviltige steeltjes van 0,2 cM. lengte. Aruba. Bouteloua Humboldtiana Gris. De bladen zijn 0,1-0,2 cM. breed; de bloeiwijze is naar één zijde gekeerd en bestaat uit 3 — 5 aartjes, die 0,5 cM. breed en 1,5 cM. lang zijn; de aartjes zijn minder dan 0,1 cM. lang gesteeld. Curasao, Aruba. 208. Aristida L. Aristida Swartziana Steud. De bloeiwijze vormt een tot meer dan 20 cM. lange, samengetrokken pluim en bestaat uit aartjes, die voorzien zijn...”
7

“...ERAGROSTIS — FESTUCA. 129 365. Uniola L. Vniola virgata Gris. Vr*j hoog opgroeiende plant met tot 50 cM. lange en 0,5cM.breede bladen die opgerold z«n; de bloeiwijze is een tot 50 cM. lange pluim bestaande uit 3 cM. lange schijnaren van 0,5 cM. lange aartjes, kafjes ®Plts toelooPen; de aartjes zijn naar e'én kant gericht en zijn tweebloemig. Saba. 385. Festuca L. Festuca lllyurus L. De bloeiwijze is een niet rijk vertakte pluim; de aartjes zijn voor- zie° ,s^evi§e. kafnaalden, die nooit boven de kafjes in drieën verdeeld zijn; er is meer dan één bloempje in de aartjes. St. Eüstatius. Fam. 20. Gyperaceae. Kruidachtige planten met lijnvormige bladen, gesloten bladscheede en driekantigen stengel, öf zonder bladen en met ronde stengels- bioemen zonder bloembekleedselen of met borstels, één- of twee- slachtig; meeldraden 1-3, vruchtbeginsel bovenstandig, één hokkig met een zaadknop, stijl enkelvoudig of twee- tot driespletig- een gootje; bloemen in aartjes, die op verschillende wijzen tot s...”
8

“...kogelvormige stengeltjes; de bloemen zijn éénsiachtig en bestaan uit één meeldraad of één stamper met meerdere zaad knopjes. 1 Stengeltjes min of meer schijfvormig, voorzien van één worteltje..........I.................... 795. Lemna 141 Stengeltjes eenigszins gerekt-kogelvormig, zonder worteltje 796. Wolffia 141 795. Lemna L. Lemna pancicostata Hegelm. De bladvormige stengeltjes zijn 0,1-0,2 cM. lang en breed en hebben één worteltje. St. Martin. Curapao. 796. Wolffia Hork et Schleid. Wolffia punetata Gris. De eenigszins gerekt-kogelvormige stengeltjes zijn 0,05-0,08 cM. lang en 0,03 — 0,05 cM. breed en hebben geen worteltje. Curapao. Fam. 32. Bromeliaceae. De bladen zijn veelal in een wortelrozet geplaatst; soms bestaat de geheele plant uit behaarde blaadjes en stengels en hangt aan boomen; de bloemen staan in kopjesvormige of trosvormige bloei- wijzen, zijn tweeslachtig en hebben 6 blóemdekbladen, waarvan de binnenste en buitenste krans verschillend van kleur kan zijn; er zijn 6 meeldraden en...”
9

“...1U BROMEEIACEAE--- COMMELINACEAE. Tillaudsia excelsa Gris. De bladen staan in een wortelrozet en zijn geheel vlak, zonder scherpe punten of stekels; de bloeiwijze is zeer dicht en sterk vertakt, met houtige hoofdas; aan de hoofdas komen groote schutbladen voor. Saba. Tillaudsia fasciculata Sw. De bladen hebben sterk naar binnen gekrulde randen; de hoogere bladen van de stengels en de schutbladen eindigen in een zeer spits toeloopende punt; de bloemen staan in samengedrukte aren, die tegen de hoofdas aangedrukt zijn. Saba, St. Martin. Curasao. Tillaudsia recnrvata L. De bladen staan langs een langen stengel, vormen soms nog kleine rozetten en zijn geheel bedekt met grijze schubben; de bloemen zijn geplaatst aan het eind van tot 15 cM. lange stengels in korte, gedrongen, aarvormige bloeiwijzen. St. Eüstattus, Saba, St. Martin : Oldman’s beard. Curacao, Bonaire : Barba die kadoesji, Marie die paaloe. Tillaudsia usneoides L. De geheele plant bestaat uit grijze, door schubben dicht bedekte,...”
10

“...TILLANDSIA — TRADESCANTIA. 145 892. Catopsis Gris. Catopsis nutans Gris. De bladen zijn in een zeer groot aantal in een wortelrozet geplaatst, loopen uit in een lange punt en zijn aan den voet zeer verbreed • de bloeiwyze is een tros en bestaat uit een aantal aren met tot 0,7 cM. lange bloemen, die zittend zyn; de hoofdas van de bloei- wyze is tot aan het vertakte gedeelte 25 of meer cM. lang. St. Eustatius, Saba, St. Mabtin. Fam. 33. Commelinaceae. Kruidachtige planten, waarvan de bladen soms in een wortelrozet ^n, ^plaatst, maar meestal verspreid zijn en voorzien van een duidelijke bladscheede; het bloemdek is gescheiden in kelk- en bloemkroonachtig deel; er zijn 1-6 meeldraden, waarvan een aantal tot stammodiën vervormd kunnen zijn; het bovenstandige vruchtbeginsel is twee- of driehokkig met een zeer verschillend aantal zaadknopjes. 1 Minder dan 3 volkomen meeldraden........................ 2 Meer dan 3 volkomen meeldraden........................ 3 2 Meeldraden met een zeer breed helmbindsel...”
11

“...1984. Püea 169 5 Het meerendeel der bladen 8 cM. of minder lang................ 6 Bladen veel meer dan 8 cM. lang ...................... 7 6 Bladen scherp gezaagd....................... 1982. Fleurya 168 Bladen gekarteld ............................. 1984. Püea 169 7 Bladen met 3 gelijkwaardige hoofdnerven 1990. Boehmeria 170 Bladen met 3 hoofdnerven, waarvan de buitenste twee geljjk- waardig zijn met de zijnerven van de middelste hoofdnerf 1978. Urera 168 1978. TJrera Gaudich. Urera caracasana Gris. Heester of boom met zeer groote, tot 40 cM. lange, eivormige bladen met 3 hoofdnerven, waarvan de buitenste twee gelijk- waardig zijn aan de zijnerven der middelste hoofdnerf, de bladen zijn zeer grof gezaagd; de bloemen staan in kluwenachtige bloei- wijzen langs de stengels en zijn viertallig. St. Eostatius, Saba. 1982. Fleurya Gaudich. Fleurya aestuans Gaudich. Kruid met eivormige, zeer grof gezaagde bladen, die 6—8 cM. lang zijn • de bloemen staan in sterk vertakte, ijle, trosvormige bloei-...”
12

“...Eustatius, Saba. 2009. Rousselia Gaudich. Rousselia humilis Urb. Kruid met eivormige, tot 2 cM. lange bladen met 3 hoofdnerven; de bladen zijn aan den bovenkant voorzien van lange haren en de blad voet is een weinig afloopend; de bladsteel is meestal langer dan de blad schijf; de bloemen staan in verkorte bloeiwijzen in de oksels der bladen; de mannelijke bloemen hebben een vierdeelig, de vrouwelijke een buisvormig bloemdek. Saba. Fam. 67. Loranthaceae. 2089. Phoradendron Nutt. Phoradendron trinervium Gris. Half-parasiet met tegenoverstaande, langwerpige, naar den voet versmalde bladen, die dik-lederachtig zijn en 2 —5 hoofdnerven bezitten; de zeer kortgesteelde bladen zijn tot 5,5 cM. lang; de éénsiachtige bloemen hebben een drietallig bloemdek en 3 meel-...”
13

“...bloem- dekbladen blijven onder de vrucht, die bes vormig en tot 1,8 cM. lang is St. Eüstatiüs. 2790. Nectandra Roland. De binnenste krans meeldraden is zeer gereduceerd en van klieren hokjes van een meeldraad op gelijke hoogte alle voorzien geplaatst. 1 Buitenste krans meeldraden zittend; buis van de bloem- " kroon kort; bladsteel tot 2,5 cM. lang Nectandra Krugii Buitenste krans meeldraden gesteeld; buis van de bloem- kroon afwezig; bladsteel tot 1,5 cM. lang Nectandra coriacea Nectrandra coriacea Gris. ^eluSh^S; IT1! cM-.lan|e en 2-6 cM. breede bladen zyn draden ** ancetV0rmig: de witte bloemen hebben gele meel- St. Eüstatiüs, Saba, St. Martin : Siceetwood. 13...”
14

“...“du;Gris. 0,5 cMl ianggesteelde bladen, die naar top en basis spits toeloopen en 7 — 10 cM. lang en 3—5 cM breed SgtdeaanaSnS1S ? fh!rp affescheiden van den bladsteel en vïmtSpS w onderkant 2 of 4 klieren; de mannelijke en vrouweUike bloemen staan in verschillende bloeiwijzen in de bladoksels; de vrouwelijke bloem is langgesteeld, de mannelijke bezit 4 meeldraden; de bloemen hebben geen bloemdek. J St. Eustatius, St. Martin. 4492. Gymnanthes Sw. Gymnanthes lucida Sw. leerachtige bladen, waarvan de grootste...”
15

“...alleenstaand in de bladoksels op meer dan 2 cM. lange steien. Saba, St. Martin. Sida spinosa L. Hoogopgroeiende plant met zachtviltige bladen, die 1 —4 .cM. lang en 0,5 —2,5 cM. breed zijn, een eenigszins hartvormigen of breeden voet hebben en onregelmatig gekarteld zijn; de bloemen staan in verkorte bloeiwijzen in de bladoksels en vormen dikwijls aan het eind der takken een samengestelde bloeiwijze. St. Eüstatius, St. Martin. Curaqao, Aruba, Bonaire: Jeerba foeTcoe. Sida spinosa var. angustifolia Gris. Deze onderscheidt zich van S. spinosa voornamelijk door lijnvormige bladen, die zes- tot achtmaal zoo lang zijn als breed eri door den...”
16

“...OPUNTIA -- AMMANNIA. 301 Peireskia bleo P. DC. De dikke, rechtopgroeiende takken zijn vleezig; de elliptische, kortgesteelde of zittende bladen zjjn 15 cM. lang en tot 7 cM. breed; aan den voet van de bladen staan twee of meer tot 3 cM. lange, rechte stekels; het vrucht- beginsel heeft geen stekels. St. Eijstatius, Saba, St. Martin; gekweekt. Cubacao, Abuba, Bonaire: Goeamaatsjoe; gekweekt. Fam. 214. Thymelaeaceae. 5449. Daphnopsis Mart. et Zucc. Daphnopsis caribaea Gris. Boom met eenigszins elliptische tot lancetvormige, lederachtige bla- den, die naar top en basis spits toeloopen, twee en een half maal zoo lang als breed en meestal 10—15 cM. lang zijn; de bloemen staan in half kogelvormige, kleine bloeiwijzen, die tot trossen ver- eenigd zijn; de kleine, eenslachtige bloemen bestaan uit een buis- vormigen kelk met 4 kelkblaadjes, 8 meeldraden en een éénhokkig vruchtbeginsel met één zaadknop. St. Eüstatius, Saba, St. Martin : Maho. Fam. 216. Lythraceae. Planten met enkelvoudige, meestal...”
17

“...zijn zeer diep ingesneden met drie lobben, die aan den top knots vormig verbreed of zelf weer ingesneden zijn; de bladen hebben een eenigszins hartvormigen voet en de lobben zijn tot 0,8 cM. lang en 0,1-0,2 cM. breed; de 2 cM. lange bloemen staan alleen of bij tweetallen. St. Martin. Ipomoea batatas Poir. kalen, 1 cM. langen kelk en een meer dan 3 cM. lange bloemkroon. Sr. Eustatius, Saba, St. Martin: Sweet potato-, gekweekt. Curasao, Aruba, Bonaire: Bataata doesji; gekweekt. Ipomoea calantha Gris. De bladen, die een diep hartvormigen voet en een zeer spitsen top bezitten, zijn 6-8 cM. lang en 4-6 cM. breed en aan den onder-...”
18

“...kleinere, zeer kortgesteelde bladen, die een breeden voet hebben, aan den bovenkant ruw zijn en aan den onderkant kort zachtviltig behaard ; de groote bladen zijn elliptisch tot lancetvormig, 12 — 24 cM. lang en 6 — 12 cM. breed en loopen spits toe, in tegenstelling met de kleinere bladen, die afgerond zijn; de bloemen zijn geplaatst in zeer rijk vertakte, pluimachtige bloeiwijzen; de vruchten zijn 1 cM. lang en geplaatst op een platten vruchtkelk. St. Eustatius, Saba : Manjack. Cordia tremula Gris. Boom met gladde, onbehaarde, 2,5 cM. lang gesteelde bladen, die bijna cirkelrond of iets eivormig en 5 —6 cM. lang en breed zijn; de bloemen zijn geplaatst in pluimvormige bloeiwijzen ; de 1,3 cM. lange vrucht is geplaatst op een platten, 1 cM. grooten vruchtkelk. Saba. 7042. Beureria Jacq. Beureria succulenta Jacq. Boom met gladde, kale, elliptische bladen, die naar top en basis onge- veer even spits toeloopen; de bladen zijn 4 — 6 cM. lang, 2,5—4 cM. breed en 0,5 — 1 cM. lang gesteeld; de bloemen...”
19

“...lang en 3-6 cM. breed, hebben een ongeveer gelijk toegespitsten top en basis en zijnerven, die aan den onderkant niet zeer sterk te voor- schijn treden; de bloemen staan in pluimvormig samengestelde bloeiwjjzen, die veelal 1 — 2,5 cM. lange zijtakken hebben. Saba. Tournefortia caribaea Gris. Klimmende heester met naar den top zeer spits toeloopende, lancetvormige bladen, die aan den onderkant eenigszins viltig be- haard zijn, veelal 3—8 cM. lang en 1 — 3 cM. breed zijn en de grootste breedte dicht bij den bladvoet hebben; de bloemen staan in een sterk dichotoom vertakte bloeiwijze met draaddunne takken en zijn 0,3—0,4 cM. lang; de vrucht bestaat uit 4 kogelronde deelvruchtjes. Saba. Tournefortia filiflora Gris., Syn. Tournefortia foetidissima DC. De tot 30 cM. lange en 12 cM. breede, lancetvormige bladen zijn geheel glad en hebben vooral aan de onderzijde duidelijk uitsprin-...”
20

“...378 RUBIACEAE. Psychotria pinnnlaris Sessé et Moc., Syn. Psychotria horizontalis Gris. De dunne, elliptische tot lancetvormige bladen hebben eenbladvoet, die lang3 den geheelen bladsteel afloopt, en zijn 4-7 cM. lang en 2 — é cM. breed; de gesteelde bloemen staan in langgesteelde, schermvormige trossen en hebben een bijna gaven kelkzoom. St. Eüstatius, Saba, St. Martin. Psychotria undata Jacq., Syn. Psychotria rufescens Gris. De breed lancetvormige, eenigszins bruinachtige bladen, die voorzien zijn van tot een kokertje vergroeide steunbladen, zijn 7 — 14 cM. lang en 2,5—5 cM. breed met spitsen top en voet; de zittende bloemen zijn geplaatst in vrij langgesteelde, schermvormige bloei- wijzen en hebben een bijna gaven kelkzoom. St. Eüstatius, Saba, St. Martin: Bastard cancker berry. 8401. Palicourea Aubl. Palicourea domingensis DC., Syn. Palicourea pavetta DC. Heester met 1,5 cM. lang gesteelde, lancetvormige bladen, die een spitsen voet hebben en 10 — 20 cM. lang en 3 — 6 cM. breed zijn...”