Your search within this document for 'vak' resulted in seven matching pages.
1

“...beginnen. Hier stroomen de Antokkan, de Masang, met twee delta- armen, en de Pasaman naar zee. Daarna volgt, dicht bij en aan de grenzen van Tapanoeli, de schoone baai van Ajerbangies, door rotseilanden tegen de golven van den Oceaan beschermd en door alleenstaande bergen, zelfs tot bijna 500 M. hoogte, ingesloten. Als kaap Toea steekt de westelijkste bergrug, op de grenzen met Tapa- noeli, in zee vooruit. Deze rug, met zijne spitsgetande toppen, bestaat uit Mezelschiefer van het carbonische tijd- vak en verschilt ook uiterlijk zeer van de koepelvormige granietbergen, waartegen Ajerbangies ligt, en van het oud-miocene andesietgebergte ten oosten der stad. De groote weg, welke Ajerbangies, dat eene kleine bezetting heeft, door het Pasamandal over Taloe met het lengtedal der Soempoer en zoo met den hoofdweg van het bergland verbindt, werd reeds vroeger genoemd (zie p. 270). Ook in Tapanoeli wisselen de vlakke en de rotskus- ten, vaak door alleenstaande bergen gevormd, elkander af. Meestal vindt...”
2

“... Het beslaat zoowel het grootste deel der Lampong- sche districten als Palembang en is ook verder noordwaarts reeds op verschillende plaatsen aangewezen; aan de west- kust werd het reeds hier en daar genoemd. In het oosten der Lampongsche districten, o. a. ten oosten van den Radja Basa, vindt men ook witte tuffen, eveneens uit zee afgezet; ze zijn klei- en kaolienachtig en wel als schrijf krijt te gebruiken. Slechts zeer zelden verheft zich het zeediluvium boven 200 M.; in het kwartaire tijd- vak moeten we ons dus de zee + 100 vademen hooger denken dan thans, zoodat Sumatra als eene bergstrook van niet meer dan 10 a 15 uren gaans breedte zich uit het water verhief. In Zuid-Sumatra beslaat dit zeediluvium dus eene veel grootere oppervlakte dan het bergland; de hoogtelijn van 100 M. gaat, zooals we vroeger zagen, over Lahat en dicht langs Tebing-Tinggi. Over het al- gemeen is het zeer vruchtbaar en veel belangrijker dan 2. het rivieralluvium, door de rivieren, welke vooral in het zeediluvium...”
3

“...tegenstelling met het vastland van Australië. — Yan de zeefauna ver- dient de tripang vermelding, welke in + 20 soorten voorkomt, vooral in de Harafoera zee, ten zuiden van het eiland, en bij Jappen en de overige eilanden der Geelvink baai; ze wordt in zeewater met popaibladeren ge- kookt en dan gedroogd; de Chineezen koopen ze tegen hooge prijzen op. Wallace meent uit wat we thans van de geheele fauna weten, te kunnen besluiten, dat Australisch Insü- linde sedert het begin van het tertiaire tijd- vak geene verbinding met de groote eilanden van het westen heeft gehad. De bewoners zijn de vroeger beschreven Papoea’s (zie p. 69), in de kuststreken van het westen met Mn- leiers, in die van het oosten met Polynesiërs gemengd. Alleen aan de westkust begint de Islam zich te doen gelden en hebben reeds enkelen den tulband aangenomen. Te Doreh en elders hebben zendelingen beproefd, het Christendom ingang te doen vinden, echter met weinig gunstigen uitslag. Pijl en boog en speer zijn in het...”
4

“...573 Aan de midden-Corantijn en haren bijstroom de Caba- laba komen bovendien zandsteenen en kleischie- fers voor, welke Martin denzelfden ouderdom meent te moeten geven als het diabaas; hij heeft ze voorloopig, in verband met eene gelijksoortige zandsteenformatie in Britsch-Ghiyana en Venezuela, tot het krijt tijd vak gebracht. Eene steile, kegelvormige rots van dien zand- steen bevindt zich ook ten zuidoosten van de Raleigh watervallen in den bovenloop der Coppename; Martin noemde haar, naar den ijverigen en ongelukkigen pionier van het geologisch onderzoek in Suriname, Voltzberg. Vulkanisme is in Suriname geheel onbekend; aard- bevingen zijn er nooit waargenomen. Van de nuttige mineralen in Suriname verdient in de eerste plaats vermelding het goud, dat, evenals in vele streken van Brazilië., in de huronisehe formatie voorkomt. Eerst in 1874 werd het aan de Maroni ont- dekt; dat men het vinden zou, vermoedde Voltz reeds eene kwarteeuw geleden. Reeds in 1875 werd het in grootere hoeveelheden...”
5

“...bedekt; de lagen uit dat tijdperk bestaan vooral uit kiezelschiefer en zandsteen, ook uit mergel, conglomeraten en kalksteen. Dezelfde lagen komen ook in het kustge- bergte van Venezuela en op de Groote Antillen voor en zijn ook daar op allerlei wijzen geplooid en door elkaar geworpen. Alleen op Aruba zijn ze niet met volle zeker- heid aan te wijzen; misschien zijn ze daar, zooalsopvele plaatsen van Bonaire en Curasao, waar het onderliggende diabaasgesteente werd blootgelegd, in het kwartaire tijd- vak geheel weggespoeld. Tertiair komt nergens voor. In den kwartairen tijd waren de eilanden, zooals reeds gezegd werd, voor ’t grootste deel door de zee bedekt en vormden atollen en geïsoleerde, door dam- en strandriffen omgeven eilandjes, veel kleiner dan de tegenwoordige; zoo bestond Curapao uit twee atollen, welke later door de koraalkalk tot één eiland gewor- den.zijn. De oudere kwartaire koraalkalk is van lichtgeel tot steenrood van kleur en bevat vele kleine holen met sierlijke stalaktieten;...”
6

“...rotsblokken, de hardere, overgebleven deelen. Op de büitenhellingen der beide heuvelreeksen vooral vindt men eene sedimentaire formatie, bestaande uit brecciën, zandsteenen en kiezelrijke kalksteenen, welke in de onderste lagen veel ijzer- en mangaanertsen bevatten. De strekking is zuidwest-noordoost en zet zich westwaarts voort op de Yiriginische eilanden, Puerto-Eico, Haïti, Jamaica en Cuba. Ze heeft tot dusverre geene fossielen opgeleverd; waarschijnlijk behoort ze tot het secundaire tijd- vak en wel tot de krij tformatie. In de Low-Lands vindt men meer eenen horizontaal liggenden, weeken, mergeligen kalksteen, welke rijk is aan fossielen en tot het mioceen behoort; de fossielen zijn nauw verwant aan de miocene fauna van Malta. Jonge koraalvormigen ziet men hier niet veel en alleen aan de zijde van den passaat en den aequatorialen stroom, welke, zooals we reeds zagen (§ 128), den bouw van riffen in hooge mate bevorderen. Vulkanisme is hier onbekend; alleen voelt men nu en dan, vooral...”
7

“...Krab (landengte v.) 333 kraka 491 Krakatau 10,18, 22, 233 Krakatau Passage 234 Kralendijk 616 Krama 182 O kramats 196 krandjangs 162 krankzinnigengestichten 219 krapa’s 577 krassi’s 577 kraton 117, 231, 302 Krawang 123, 124 Krawang (boek van) -116 kreken 584 krissen 187 Kroë 330 kruidnagelen 57, 486, 508 krijgsraden 542 Krijnsz. (A.) 587 I krijtformatie 20, 611, 615, 624 Kuhl 64 kustgeb. v. Venezuela 603, 604 kuststaatjes (v. Atjeh) 303 Kwala Atjeh 302 Kwandang 447 kwartaire of diluviale tijd- vak 21, 244, 358 kwartodieusten 509 kwartsglimmerdioriet 623 kwassi 582 kwatta 581 kweekscholen (voor ond.) 218. 561 Kween 382 L. Laagmaleisch 68 Laars bank 9 Laboean 395 Laboean Batoe 298, 301, 330 Laboean Dedeh 447 Laboean Deli 299 Laboean Tring 462 • Laboeha 519, 522 Laboeha baai 519 • Laboek 398 Laculubar 475 ladangs 251 Lagoe Boti 280 Lagoendi 250 lagunen 606, 611 Lahat 254, 255, 256, 308 Laibobar 488, 497 Laïkang 437, 457 Laïs 330 Laiwoei 450, 457 Lakaan 476 Laki (Tji) 97 Lakor 495 Lalang 293...”