1 |
 |
“...41
spoediger op. Dan ziet men de holle buis, die evenals bij
eenen thermometer in het glas zichtbaar is, van onder breeder
worden en telkens kleine wolkjes van den omtrek der hoos af-
stooten, gelijk de stoom uit den schoorsteen van eene locomotief,
en langzamerhand het water loslaten, als trok de wolk, waaruit
de hoos is voortgekomen, haren snavel weder in.
In de kenteringen is het meestal stil of flauw met heldere
luchten, afgewisseld door regenbuien met lichte koelten uit alle
streken van het kompas. Ze zijn vermoeiend voor de bemanning,
die met geblakerd aangezicht onder den bewolkten hemel de
zeilen ongeduldig naar den veranderlijken wind zet. Doch de
lucht klaart op en tegen verwachting staat uit eene heldere
lucht de noordoostenwind door; bij het doorkomen van
den moeson is hij noordelijk. Ginds pakken echter de wolken
weder te zamen; de wind gaat liggen, om spoedig weer uit
eenen anderen hoek door te komen. Eindelijk worden regen en
onweder, stilten en flauwe koelten langzamerhand...”
|
|
2 |
 |
“...en November, en den
bewolkten tijd, van December tot Maart.
In den helderen tijd is de lucht nagenoeg onbewolkt tijdens
den zonsopgang en ook vaak weder na zonsondergang. De lucht
bezit dan eene buitengewone doorschijnendheid; van Tjogrek ziet
men met eenen kijker de schepen op de reede van Batavia liggen.
Ben koude luchtstroom gaat tusschen den Salak en den Gede(h)
door naar het noorden en alles vereenigt zich, om in den oost-
moeson aan Buitenzorg eene koele atmosfeer te geven. De droge
thermometer wijst dan des morgens vroeg soms 16° aan, maar
reeds te 9 uren heeft men 25° en te 2 uren 29 a 31°. In stede
van den frisschen zeewind hebben we hier op den middag stilte
en de hitte is dan bijna ondragelijk., Weldra echter dalen de
inmiddels door den opstijgenden luchtstroom gevormde regenwol-
ken; men hoort den regen aankomen, soms 30 k 40 seconden,
eer hij valt. Niet zelden ziet men twee albastwitte wolken, waar-
tusschen het heldere azuur prachtig afsteekt, maar weldra is het
gebergte in...”
|
|
3 |
 |
“...144
buien neder, welke van een kwartier tot twee uren duren; soms
valt er tot 90 mM. water; het wordt stikdonker, maar weldra
is de hitte, die vóór de buien zoo benauwend was, door frisch-
heid vervangen, daar de thermometer 4, 5, ja soms 7° daalt;
dan verdampt de regen zichtbaar en een uur daarna is de rijzing
der temperatuur weer in gang.
Heeft men alzoo in den helderen tijd donkere oogenblikken,
hoeveel te meer dan nog in den bewolkten tijd, wanneer de
zon ten zuiden van de linie staat. Dan zijn de winden niet zeer
sterk, inzonderheid de frissche zuidoostenwind. Een meer warme,
westelijke luchtstroom vervangt hem over dag en geeft eene be-
paalde richting aan den noordelijken en ’s avonds aan den zuide-
lijken stroom. De ochtend wordt droevig aangekondigd, als het
’s avonds met weinig onweder en weinig wind veel geregend
heeft. In plaats van eenen helderen hemel met eene enkele
circuswolk te aanschouwen, ziet men nevel, mist of stofregen.
Soms is het, alsof men in eene wolk staat. In...”
|
|
4 |
 |
“...plantages (zie § 124) in het bereik van den vloed liggen.
Ook de reiziger dient er studie van te maken, daar alle
reizen in het binnenland te water moeten geschieden.
Het klimaat is in alle opzichten tropisch (zie § 6).
Het heeft echter verschillende eigenaardige kenmerken,
welke de aandacht verdienen, waarom we de hoofdele-
menten zullen nagaan.
De gemiddelde temperatuur is, als in Insulinde,
+ 27° O.; 22° C. wordt in het door ons bezette gebied
nooit waargenomen en de thermometer stijgt hoogst zelden
boven 35° C. Staat de thermometer bij zonsopgang dicht
bij 22°, dan regent het dien dag niet. De koudste maand
te Paramaribo is Januari (25,7°)’de warmste September
(27°), de gemiddelde temperatuur 26.7°.
De luchtdruk vertoont slechts geringe verschillen;
het grootste heet 15 m.M. te zijn. Orkanen komen nooit
voor en de passaat is de heerschende wind; deze is
dus altijd oost, met eene meer of minder sterke neiging
naar het noorden.
De vochtigheid is zeer aanzienlijk. De damp-
drukking stelt Hann...”
|
|